Onlangs heeft het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (Minowc) de landelijke examenresultaten op voj (voortgezet onderwijs voor junioren)-niveau gezonden naar De Nationale Assemblee. Uit het onderzoek is gebleken dat 62.4% voj-scholieren landelijk is geslaagd in 2016. Hierbij hebben 5499 leerlingen meegedaan aan het examen. Dagblad Suriname sprak in dit kader met Soenderpersad Hanoeman, pedagoog onderwijskundige, oud-inspecteur bij het basisonderwijs, oud hoofd Curriculumontwikkeling van Suriname, voorzitter van het stichtingsbestuur van de Scholengemeenschap Arya Dewaker, tevens secretaris van het hoofdbestuur.
“Ons onderwijs, vanaf de basisschool tot de middelbare school, is te classificeren als selectief onderwijs. Dit houdt in dat er jaarlijks leerlingen geselecteerd worden om naar een ander leerjaar te gaan. Er wordt nog steeds elementair gedifferentieerd onderwijs toegepast, vooral op de kleuterschool. Tegenwoordig praat men over een achtjarig basisonderwijs, waarbij de kleuterschool tot het eerste leerjaar behoort. De leerlingen van de basisschool worden acht jaren geselecteerd, waardoor kinderen die de eindstreep niet behaald hebben, achterblijven. Wanneer de leerlingen op de muloschool (voj-niveau) terechtkomen, worden zij wederom vier jaren geselecteerd. Naar mijn inzicht moet men geslaagden hebben tussen de 95% en 98%.” Volgens Hanoeman zou men naar dit percentage moeten streven. Tot nu toe is dit niet het geval, wat te wijten is aan het onderwijssysteem. Uit het schoolonderzoek is gebleken dat de leerlingen hoge cijfers behalen, terwijl op het examenbureau lage cijfers zijn geconstateerd.
Een ander kwestie is dat de leerlingen een mulo-diploma krijgen op basis van hun schoolonderzoek en het resultaat van het examenbureau. Wat voor de samenleving van belang is, zijn de toelatingseisen om door te kunnen stromen naar de vos- scholen. “Die toelating is nog slechter.” Het ligt vaak tussen de 50% en 60%. Vooral de toelating tot de diverse studierichtingen/pakketten (zoals S & Q pakket) zijn nog lager. Een andere kwestie is het volgen van extra lessen (bijlessen). Wanneer die leerlingen de bijlessen niet hadden gekregen, zou de toelating nog lager zijn. This is too bad for our country. De slagingspercentages zijn abnormaal laag”, aldus Hanoeman.
