Het land Suriname heeft een kleine bevolking met een minuscule bbp welke verwaarloosbaar is in relatie tot dat van de grotere landen. De lijst van corruptiegevallen waarbij gelden zijn verdampt is echter lang. Thans is het mogelijk via de berichten die online zijn verschenen een lijst te produceren van gevallen die niet (grondig) door de regering zijn onderzocht. We memoreren bijvoorbeeld het geval van de Carolinabrug waar Ballast Nedam een claim van ca Euro 3.5 miljoen heeft. De informatie is dat aan ‘leegloopkosten’ een bedrag is betaald en ook een boete voor het niet nakomen van een contract voor de bouw van de Carolinabrug. Verder memoreren wij de ‘Opertech SL’ schadeclaim van US$ 10 miljoen. Er zou verder een mevrouw Carter zijn betaald (1,5 miljoen euro) voor het voorbereidend werk voor het ziekenhuis van Wanica. Het pimpen van de dienstauto van een ex-OW-minister (SRD 155.000) en de werkkamer van de directeur Civieltechnische Werken (SRD 714.784,80) en van de minister (SRD 650.000). Verder memoreren we dat het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting een pand huurde voor SRD 12.400 per maand aan het Molenpad. Tot eind april 2013 was voor 330 miljoen US Dollar aan onderhandse gunningen gegeven waardoor de staat 40 miljoen US dollar verlies heeft geleden, werd verklaard in DNA door een oppositielid. Verder wordt aangehaald de dubieuze aankoop van schoolboeken. Daarbij is ruim 8.2 miljoen euro verspild. In hetzelfde rijtje past de dubieuze aankoop van het ambassadegebouw in Frankrijk voor ruim 7 miljoen US Dollar. Er zou ook een perceel gekocht zijn ten behoeve van Justitie en Politie, waarbij de eigenaar als compensatie een bedrag van SRD 3.300.000 uitgekeerd kreeg, werd gemeld in de media. Voor de aankoop van een gebouw zou SRD 6.507.375 zijn besteed, inclusief notariële en administratieve kosten in 2013, waarvoor ‘aangifte’ ook is gedaan bij de pg voor onderzoek. Opmerkelijk is ook het in dienst nemen van een geestelijk adviseur voor de president voor een salaris van SRD 6000 per maand, waarbij de geestelijke alleen op afroep beschikbaar is dus geen voltijdse dagtaak heeft. De regering sloot een deal met de SLM voor 135.000 US Dollar per maand ten laste van de staatskas. De lijst met daarop EBS, Carifesta, Bufaz, het kabinet van de president, Kustwacht, Strukton (treinen), IAP en Broad Homes onder andere gaat zijn gang. Suriname heeft het anticorruptieverdrag van onder andere de OAS geratificeerd. Deze anticorruptieverdragen vragen naar nationale maatregelen en worden regelmatig in OAS-verband geëvalueerd. De OAS tilt zwaar aan het anticorruptiebeleid en heeft daarom speciaal het toezichtmechanisme dat bekend is als Mesicic geïnstalleerd waarin ook Suriname participeert en wordt gecontroleerd. Dit orgaan heeft ettelijke richtlijnen die gebruikt kunnen worden om wetgeving bijvoorbeeld te maken. Een heel interessant punt is dat de regering zich heeft gecommitteerd om de Wet openbaarheid van bestuur aan te nemen. Daarin zullen veel meer vrijheid en rechten worden toegekend aan de civil society en de pers om transparantie af te dwingen en de samenleving te informeren. Deze wet moet door het ministerie van Biza of Juspol worden voorbereid en aan DNA worden aangeboden. Deze wet kan ervoor zorgen dat de corruptiegevallen gedocumenteerd kunnen worden aangekaart. Dat zal maken dat er minder kans zal zijn om corruptie te plegen. De Wet openbaarheid van bestuur is een potentieel anticorruptiemaatregel die is aangekondigd, maar die nog uitgevoerd moet worden. Een wens om zo een wet in het leven te roepen heeft gestaan in enkele verkiezingsprogramma’s. De Wet openbaarheid van bestuur (Wob) regelt doorgaans de openbaarheid van bestuur door openbaarmaking van informatie door de overheid. De wet garandeert een ieder de mogelijkheid om informatie over een bestuurlijke aangelegenheid bij een bestuursorgaan (bijvoorbeeld een ministerie) op te vragen. De Wob is een informatiewet. Het gaat om de informatie, ongeacht de gegevensdrager. Zo kan het ook om informatie op een USB-stick of harde schijf gaan of om een foto of aantekeningen op een gele memosticker. De overheid heeft het laatste woord over de vorm van de gegevensverstrekking, dat kan ook mondeling zijn. Openbaarmaking is in de wet een plicht van elk bestuursorgaan, het is het juridische uitgangspunt. Geheimhouding hoort altijd een -gemotiveerde- uitzondering te blijven. Persoonlijke beleidsopvattingen, privacygevoelige informatie zoals strafbladen en stukken die concurrentiegevoelige informatie van bedrijven bevatten, zijn uitgesloten van de mogelijkheid om ze met een beroep op de wet Wob in te zien. Maar ook hierop kunnen uitzonderingen mogelijk worden gemaakt door de rechter.