Eerlijke belastingbetalers worden bij wet gediscrimineerd

‘Er is een gebrekkig ontwikkeld geweten bij degenen die het beleid maken en uitvoeren’, aldus bedrijfseconoom Anand Biharie. De Kenniskring heeft dinsdag van gedachten gewisseld over het standpunt hoe verder te gaan met het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Islamitische Ontwikkelingsbank (IsDB), de Europese Investeringsbank (EIB), de Caribbean Development Bank (CDB) en de Inter-American Development Bank (IDB). De inleiders waren Anwar Lalmohamed, alternate governor van de IsDB, Jim Rasam, project director Trustbank Amanah en de bedrijfseconoom Anand Biharie. De inleiders hadden het vooral over de IsDB. Het IMF waarover er zoveel te doen is (was), werd weinig betrokken bij de gedachtewisseling. Naar voren kwam, dat hoewel er verschillen zijn in benadering en aanpak, de multilaterale instellingen, de IsDB en het IMF zich op elkaar afstemmen.
Lesje geleerd
Lalmohamed wees op de betrokkenheid van ondernemers bij het functioneren van de IsDB. Volgens hem wordt er gewacht op het Meerjaren Ontwikkelingsprogramma van Suriname dat volgens plan eind oktober door de regering of tafel zal worden gelegd. Daarin zal moeten zijn opgenomen een opsomming van de projecten waarmee Suriname zich zal bezighouden. Het IMF werd als strikt getypeerd. De IsDB kent ook sluitende regelgeving en voorwaarden, maar is minder rigide. De IsDB laat zich leiden door onwrikbare regels, grondige voorbereiding, monitoren en controle. “Alle projecten worden bij openbare aanbesteding gegund aan de daarvoor in aanmerking komende uitvoerder (s).” Suriname heeft met betrekking tot de IsDB-regels zijn lesje geleerd. Het IsDB project Academisch Ziekenhuis bijvoorbeeld was aanbesteed zonder openbare inschrijving. Door deze scheve schaats te rijden, liep de vernieuwing van het ziekenhuis stagnatie op. De IsDB trok de stekker uit het contact. De draad werd pas weer opgepakt nadat deze misstap was teruggedraaid. De economische neergang van Suriname gooide ook roet in het eten. De republiek was niet in staat om haar inbreng van US$ 13,6 miljoen op tafel te leggen. Ook die plooi moet worden gladgestreken. Over enkele dagen doet een IsDB-missie Suriname aan om onder andere hierover het hoofd te buigen.
De Surinaamse kapitaalmarkt
Directielid Jim Rasam van de Trustbank Amanah is voorvechter van het verder uitvoeren van het IsDB-systeem in Suriname. Ons land Suriname maakt deel uit van het invloedrijke netwerk van de Organisatie voor Islamitische Samenwerking (OIC) en kan daardoor haar voordeel halen bij deze multilaterale organisatie. De private sector in Suriname is conform de doelstellingen van de IsDB nauw betrokken bij de stappen die worden gezet om ontwikkeling te verwezenlijken. Ondernemers zijn belangrijk bij de ontwikkelingssamenwerking en ontwikkelingsfinanciering van de IsDB. Rasam riep ondernemers op om zo snel en zoveel als mogelijk hun schouders onder het werk te zetten. Hij had het over het opzetten van 500 tot 100 bedrijven tussen de 5 en 10 jaar. ‘Yes we can’, stelde de spreker. “Daarmee zullen wij de economie versterken, groter maken, diversifiëren en banen genereren.”
Big brother IsDB
Suriname zal volgens Rasam floreren als er een sterke kapitaalmarkt wordt ontwikkeld. Daarmee zal ontwikkeling op elk gebied bevorderd worden. Het voornemen is de Trustbank Amanah te laten uitgroeien tot de eerste islamitische bank in Zuid-Amerika. Er wordt niet alleen gedacht aan lokale projecten. De ogen zijn ook gericht op internationale, vooral regionale participatie. Om dat naar behoren te kunnen doen, zal het banksysteem van Suriname moeten moderniseren en liberaliseren. “Om een kapitaalmarkt te ontwikkelen, heeft Suriname een grote broer nodig”, aldus Rasam, doelend op de IsDB. Daarmee zal volgens Suriname met één klap op de kaart worden geplaatst. “Wij creëren daarmee een toegangspoort naar de Caribische regio en Zuid-Amerika.”
Gewetensvol en goed bestuur is nodig
De bedrijfseconoom Anand Biharie meent dat gebrek aan vertrouwen in het regeringsbeleid ertoe leidt dat de ontwikkeling van Suriname niet op gang komt. De geloofwaardigheid van de regering is zoek. De SRD overliquiditeit zit volgens hem niet bij de massa, maar bij een kleine groep van personen. Deze mensen raken in onzekerheid en vluchten in harde valuta. Vermoed wordt dat de rijkdom van deze personen komt van corruptie-uitgaven. “Er is geen geloofwaardigheid in de formulering en uitvoering van het beleid. Het gaat om de geloofwaardigheid van de overheid en de regeringsleider. Wij kunnen geen integer bestuur hebben als de leider geen normen van fatsoen aan de dag kan leggen. Het leningenprogramma van Suriname kan door gebrek aan geloofwaardigheid niet slagen.” Gewetensvol en goed bestuur zijn volgens de spreker van belang om succes te boeken.
Belastingontduikers
Gesproken werd over belastingontduikers. Volgens Swissleaks zijn er 9 personen die samen 720 miljoen Euro in het buitenland hebben. De Panama Papers hebben het ook over bedrijven die in Suriname zetelen. De regering zwijgt hierover in alle talen. Gewezen werd op president Bouterse die zijn jaarrede bekend maakte dat personen met een belastingachterstand een korting krijgen van een lieve som van 25%. Eerlijke belastingbetalers worden daarmee bij wet gediscrimineerd.
Kritiek
Rasam haalde aan dat het instituut van de president moet worden gerespecteerd. Wanneer wij in Suriname praten over de president doen wij dat in één adem met de persoon. Volgens de inleider moeten wij weer respect krijgen voor het instituut van de president. “Dan hoef je het niet eens te zijn over de wijze waarop die man die rol vervult.” De zaal bij monde van Romeo de Haas haakte daarop in. Volgens hem wil kritiek hebben nog niet zeggen dat je geen respect hebt voor het instituut van de president. “De kritiek wordt juist geuit vanwege het respect dat wij hebben voor het instituut.” Politiek activist John van Coblijn vulde aan: “Ik hoop dat u begrijpt dat in de hedendaagse moderne samenleving ook de president en het instituut van de president respect moeten hebben voor wat er leeft onder het volk.”