De overheid heeft principe-akkoorden getekend met zowel met de Bond van Leraren (BvL), de bond bij de NV Surinaamsche Waterleiding Maatschappij en de bond bij NV Energie Bedrijven Suriname (OWOS). Het akkoord met de BvL heeft echter een ander status, omdat die door de president zelf is ondertekend, terwijl de anderen nog door de aandeelhouder van de bedrijven moest worden bekrachtigd. Tot nog toe lijkt het er niet op dat zelfs één van de akkoorden wordt uitgevoerd, ondanks herhaaldelijk door de toppers van de vakbonden erop wordt aangedrongen. De president heeft de werknemers van de EBS onlangs gevraagd om de loonsverhogingen aan te houden voor 2017.
Volgens parlementariër Patrick Kensenhuis is het begrijpelijk dat zeker in relatie tot de gestegen prijzen in de winkels de werknemers een loonsverhoging eisen. Critici vragen zich nu af als er in dit kader iets mis is met de kracht van de vakbonden aangezien zij telkens aan de weg blijven timmeren voor lotsverbetering van de arbeiders, zonder positieve resultaten.
De politicus Guno Castelen zou het niet in die richting willen zoeken. Hij stelt dat de critici zich zouden moeten afvragen ‘als er iets mis is met onze maatschappij’. Het niet nakomen van principeakkoorden en overeenkomsten is naar zijn zeggen een symptoom van een ziekte: ‘het niet willen onderwerpen aan wet en recht’.
Kracht van wet en recht is aan de orde
“Men wil wetten maken en breken en doen wat men wil. Denk bijvoorbeeld aan de Terugroepwet. Het is toegepast, maar men doet wat men wil. Er zijn vonnissen, en men doet nog steeds wat men wil. Dus niet de kracht van de vakbond is aan de orde. De kracht van wet en recht is momenteel aan de orde. Zelfs een mondelinge overeenkomst is bindend. Werkgevers horen zich te houden aan gemaakte afspraken. Iedereen heeft begrip voor problemen, maar daarom heb je een onderhandelingsteam dat vooraf weet hoeveel ruimte er is”, stelt Castelen.
Er is veel tijd gestopt in het bereiken van de akkoorden. Volgens Castelen is het onterecht dat een persoon opstaat en zegt dat het niet door gaat. “Zogenaamd is de persoon een redder voor de samenleving”, stelt Castelen.
De mensen zijn de kracht
Aan de andere kant zoekt Castelen de realisatie van de eisen van de vakbeweging in de leden van de vakbonden zelf. De vakbonden zijn vertegenwoordigers van de werknemers. Echter moeten deze werkers zelf hun belangen kennen. “Het bestuur is maar de voorhoede. De kracht van de speer is niet in de top van de speer, maar in de boog. De mensen zijn de kracht. Als mensen worden opgeroepen om op te komen voor hun rechten, en niet opdagen, komt de realisatie niet. Democratie en rechtstaat zullen pas standhouden wanneer de mensen opkomen voor hun eigen rechten”, meent Castelen.
Kensenhuis aan de andere kant stelt dat het algemeen belang ook in acht moet worden genomen. Hij denkt dat de vakbonden zeker daarnaar moeten kijken. Hij spreekt van een averechtse werking op het ambtenarenapparaat dat door de toekenning van loonsverhoging aan delen van het apparaat kan geschieden. “Zij hebben gehad, waarom wij niet? Dit zal de reactie zijn. De regering heeft de taak om de rust te behouden. Als de een krijgt, moet de andere ook krijgen”, stelt Kensenhuis.
De onzekerheid bij de werknemers groeit telkens vanwege het steeds duurder worden van het levensonderhoud. Kensenhuis stelt dat de overheid een oplossing moet zoeken om een balans te krijgen tussen de inkomsten en uitgaven van de werknemers. Dit zeker middels prijsbeheersing bij de supermarkten.
Als de Bond van SWM, EBS en de leerkrachten van oordeel zijn dat er op een correcte manier is gekomen tot een overeenkomst en de overheid het wil terugdraaien, heeft men volgens Castelen verschillende mogelijkheden om de zaak aan te pakken. Men kan de rechterlijke weg bewandelen, water in de wijn doen of de tent te sluiten.
Kavish Ganesh