Sharman: “Wel of geen afvloeiing van ambtenaren?”

Het Herstel- en Stabilisatieplan, zoals gepresenteerd door de regering bevat tal van maatregelen die de last op de burger zullen verzwaren, terwijl het inkomen c.q. salarissen niet zullen toenemen. Wat hierbij zeker niet vergeten mag worden, is wat er zal gebeuren met het ambtenarenapparaat. De dreiging van afvloeiing is reëel aanwezig. Regeringsfunctionarissen stellen met klem dat er geen afvloeiing zal plaatvinden. Daartoe bood de minister van Financiën, Gilmore Hoefdraad, persoonlijk de garantie. Vakbonden aan de andere kant stellen dat zelfs als een eis. Voorzitter Robby Berenstein van Progressieve Vakcentrale C-47 echter spreekt vaker van de overtuiging dat de komst van het Internationaal Monetair Fonds zeker zal leiden tot afvloeiingen. Parlementariër Dew Sharman vraagt zich intussen af waar hij de waarheid precies zou kunnen vinden.
Afvloeiing of inkrimping salarissen?
In het Herstructurerings- en Stabilisatieplan stelt het Internationaal Monetair Fonds (IMF) dat de salarissen slechts 7.8% van het bruto Binnenlands Product mogen zijn. Op de begroting van 2016 is echter 10.3% van het BBP gereserveerd voor salarissen. Dit betekent simpel dat de regering conform de afspraak met het IMF minder geld moet uitgeven aan salarissen. “Hoe denkt de regering hiermee om te gaan? Wat betekent dit voor het ambtenarenapparaat? Zullen er ambtenaren worden afgevloeid of zullen de salarissen inkrimpen?”, vraagt Sharman zich af.
De politicus denkt dat de ambtenaren dit niet doorhebben en straks met de harde realiteit geconfronteerd zullen worden. Met een verhoogd kostenplaatje en minder of geen salaris komen deze mensen direct in financiële nood en daardoor in armoede terecht.
De regering informeert de ambtenaren hierover niet en blijkt volgens het assembleelid vooralsnog ook niet nagedacht te hebben over alternatieven. In een goed plan zouden deze zaken goed moeten zijn uitgewerkt. “Primair is het de verantwoordelijkheid van de regering om de samenleving oprecht te informeren over de feitelijke situatie, de te verwachten gevolgen en de wijze waarop de samenleving ermee zou moeten omgaan. Zaken op hun beloop laten, zal onvermijdelijk zorgen voor maatschappelijke onrust”, aldus Sharman.
Over het algemeen is bekend dat niet alleen de ambtenaren, maar het totaal werknemersfront geconfronteerd wordt met effecten van regelingen met het IMF. Het IMF geeft landen normaliter het advies de arbeidswetgeving te versoepelen om buitenlandse investeerders aan te trekken. Wetten die de vakbonden bij onderhandelingen beschermen, worden afgebouwd en lonen worden verlaagd. De mantra van de ‘arbeidsmarktflexibiliteit’ geeft bedrijven de kans arbeiders naar believen te ontslaan en zich te vestigen waar de lonen het laagst zijn. Het Trade and Development Report van Unctad, de VN-conferentie voor Handel en Ontwikkeling uit 1995 beschrijft hoe werkgevers in Haïti misbruik maken van deze flexibiliteit om arbeiders weg te sturen in plaats van er andere aan te werven. De Haïtiaanse regering werd aangespoord de bepaling uit het arbeidsrecht te wijzigen, die de aanpassing van het minimumloon voorziet bij een prijsstijging van tien procent. Ook de Amerikaanse arbeiders worden door het IMF in hun belangen geschaad, omdat ze moeten concurreren met goedkope, uitgebuite arbeid. Verkeerde adviezen van het IMF tijdens de grote Aziatische financiële crisis dompelden Zuid-Korea, Indonesië, Thailand en andere landen in een diepe recessie, die tweehonderd miljoen ‘nieuwe armen’ veroorzaakte. Het IMF raadde de Aziatische landen aan ‘zich uit de crisis te exporteren’. Daardoor werden in de VS 12.000 staalarbeiders ontslagen, omdat het Aziatische staal gedumpt werd op de Amerikaanse markt. Echter luistert de regering alleen naar het handjevol succesverhalen van het IMF, terwijl de niet-succesvolle verhalen over het hoofd worden gezien.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!