De voorzitter van de Stichting 8 december 1982, Sunil Oemrawsingh, vindt dat het rechtsbeginsel “een ieder heeft het recht op een eerlijke en openbare behandeling van zijn zaak, binnen een redelijke termijn, door een onafhankelijk en onpartijdig gerecht” door het opschorten van het 8 Decemberstrafproces door de regering voor de zoveelste keer wordt geschonden.
Hij geeft aan dat in het verleden bekendmakingen met betrekking tot dit moordproces altijd gedaan werden door de Krijgsraad, maar dat nu dit vanuit het Ministerie van Justitie Politie plaatsvindt. Deze bemoeienis van het ministerie is absoluut onaanvaardbaar in de geest van artikel 131 lid 3, dat elke inmenging inzake de opsporing en de vervolging en in zaken bij de rechter aanhangig, verbiedt.
Terwijl bij de laatste zitting de president van de Krijgsraad de volgende zittingsdatum gesteld had op 6 mei, geeft het ministerie van Juspol aan dat de zitting “tot nader order” is uitgesteld. De stichting verwerpt deze inmenging van de regering en de daarmee gepaard gaande schreeuw van uitzichtloosheid van de belanghebbenden bij dit proces. Oemrawsingh nam ook nota van het standpunt van de regering bij monde van minister Van Dijk-Silos onlangs tijdens de Universal Periodic Review van de Mensenrechtenraad van de VN dat de regering de rechtsgang niet beïnvloedt en het moordproces geen strobreed in de weg legt. Naast aanname van de Amnestiewet 2012 en onder andere nu de bekendmaking van uitstel tot nader order van het 8 Decemberstrafproces dat bij de rechterlijke macht ligt, staat de uitspraak van de regering in schril contrast met de mededeling van de minister van Juspol
Tenslotte verzoekt Oemrawsingh namens de mensenrechtenorganisatie 8 December 1982 om de rechterlijke macht, met het oog op haar onafhankelijkheid en geloofwaardigheid, zelf haar woordvoering te laten doen over elk rechtsproces, in casu in het bijzonder het 8 Decemberstrafproces en elke inmenging vanuit de uitvoerende macht af te wijzen.