Een rapport gepresenteerd tijdens de IPU Global Conference in Zambia, stelt dat in een tijd waarbij de wereldpopulatie overwegend uit jongeren bestaat, jonge mensen sterk ondervertegenwoordigd zijn het parlement. Enkele landen vertonen echter wel progressie op dit stuk. Op de ranking in het rapport staat Suriname als nummer 8 op de lijst van landen waar na de verkiezingen van 2015 een toename in het aantal jongeren (beneden 45 jaar) vertegenwoordigd in het parlement, te zien is. Het jonge DNA-lid Rajiv Ramsahai zegt dat bij de afgelopen verkiezingen heel veel jongeren op een verkiesbare plaats zijn geplaatst op lijsten van de partij die hij vertegenwoordigt. Er zitten nu 4 personen beneden de 30 in DNA. “We hebben zelfs een minister die beneden 30 jaar is.” Hij noemt dit een stap in de goede richting. Jongeren in het parlement in een vrij jonge samenleving kunnen de problemen van de jongeren volgens hem beter begrijpen. Dit, omdat zij zelf dichter bij de jongeren staan. Daarnaast hebben zij het vermogen om problemen met hun eigen creativiteit op te lossen. Het verschil ligt volgens hem in hoe ouderen en jongeren tegen problemen en oplossingen aankijken. Slechts 1.9% van de 45.000 parlementariërs wereldwijd is beneden 30 jaar. In sommige landen telt het parlement geen enkel lid beneden deze leeftijd. Van de parlementariërs onder 40 jaar is het percentage van vertegenwoordiging 14.2% en voor hen die onder 45 jaar zijn is dit 26%. In alle genoemde leeftijdscategorieën is er een discrepantie tussen de mate van vertegenwoordiging in het parlement en hun aandeel in de populatie van het land. Ramsahai verwacht bij de volgende verkiezingen meer jongeren op de lijsten. Het hanteren van een quotasysteem zoals voorgesteld in het rapport vindt hij een goed idee. Hij meent dat daarbij naast de leeftijd ook rekening gehouden moet worden met de verhouding tussen mannen en vrouwen. Ramsahai vindt meer jongeren in het parlement wel iets om naar toe te werken.