De ex-minister van Justitie en Politie, Martin Misiedjan, geeft aan Dagblad Suriname te kennen dat het heel simpel is en dat men schade aan zijn reputatie wil toebrengen. Op woensdag 20 januari is er aangifte tegen Misiedjan gedaan op Latour ter zake bedreiging tegen het leven gericht. Ruim vijftien basja’s van het dorp Matawai waren op het politiebureau van Latour aanwezig. Zij verklaarden bij de politie dat de ex-minister Misiedjan zijn wapen zou hebben getrokken en daarbij bedreigende uitlatingen zou hebben gedaan. In verband met het onderzoek in deze zaak moest Misiedjan zich op vrijdag 22 januari op het bureau aanmelden.
“Ik heb een jongeman geld geleend. Langer dan drie maanden heeft hij niets van zich laten horen. Wij zijn niet in een deal, maar voor mij gaat het om principe. Als je thuis bij me komt en we maken een afspraak, vind ik dat jij je aan je afspraken dient te houden. Hij kwam naar de stad en hield zich al die tijd schuil. Op die dag heb ik hem heel toevallig ontmoet. Ik heb hem toen gevraagd hoe het zit met onze afspraak. Ik heb op geen enkel moment mijn wapen getrokken”, legde Misiedjan aan de krant uit.
Valse aangifte
Uit het politioneel onderzoek blijkt dat er inderdaad een aangifte contra de ex-minister is gedaan. Gedurende het onderzoek waren de basja’s op het kabinet van de president. Zij hebben daar hun aangifte ingetrokken. De politie van Latour, die vanaf dat moment geen gronden meer had om Misiedjan langer op te houden, heeft de ex-minister na zijn verhoor heengezonden. Het voertuig van Misiedjan werd onderzocht. De politie heeft een vuistvuurwapen met scherpe patronen aangetroffen. Misiedjan zegt dat hij zelf de politie toestemming heeft gegeven om zijn voertuig te onderzoeken. “Er is een valse aangifte gedaan, enkel en alleen om mijn reputatie te schaden”, zei Misiedjan tot slot.
Saskia Bandhan