Gister stond de ambtenaar S.S. terecht voor rechter Daniella Karamatali. De verdachte wordt verweten dat hij in maart vorig jaar om 4.15 uur in de ochtend langs de Waterkant reed en daarbij een aanrijding heeft veroorzaakt. Op een gegeven moment zag hij volgens hem twee marktventers met stootkarren. Hij week uit naar rechts, terwijl hij weer terug wilde komen op zijn weghelft raakte hij de controle kwijt en reed een stilstaand voertuig aan. Verdachte gaf toe dat hij op dat moment met een snelheid van 50-60 km/u reed. De benadeelde had zijn voertuig op het trottoir geparkeerd en zat te wachten op zijn vrouw. Door de aanrijding liep hij multipele ribfracturen aan zijn linkerborst op en ook andere letsel. Op de zitting in augustus vorig jaar verklaarde het slachtoffer dat zijn rug gebroken is. Hij heeft ook enkele dagen in het ziekenhuis gelegen. Gisteren betwijfelde de verdachte dat de auto van de benadeelde op het trottoir stond geparkeerd. Hij gaf aan dat het gewoon links op de rijbaan stond. Er is een verhoogd trottoir daar, gaf hij de rechter te kennen en de Toyota Vitz van de benadeelde zou niet daarop kunnen komen. Deze verklaring is in strijd met zijn eigen verklaring die hij eerder bij de politie heeft afgelegd.
De verdachte S.S. verkeerde bij deze aanrijding zwaar onder invloed van alcohol. Bij een ademanalysetest blies hij 1015 microgram uit. Officier van justitie Manro Danning nam het de verdachte zeer kwalijk dat hij in deze toestand aan het verkeer heeft deelgenomen. Volgens de memorie van toelichting van de Rijwet is iemand die 875 microgram per liter uitgeademde lucht heeft, zodanig dronken dat hij hulp nodig heeft bij het lopen. Het is volgens de officier dan ook zeer de vraag of deze verdachte de auto kon besturen. Een andere getuige had op een eerdere zitting ook aangegeven dat de bestuurder vrij roekeloos reed op die ochtend. De officier zag voldoende bewijs voor aanrijding onder invloed van alcohol, zwaar lichamelijk letsel ten gevolge hebbende. Hij eiste een gevangenisstraf van 1 jaar en ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 2 jaar onder aftrek. Kantonrechter Karamatali deelde de mening van de officier omtrent de kwalificatie, maar kwam tot een veel lagere straf. De rechter veroordeelde S.S. tot een gevangenisstraf van 3 maanden geheel voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar en ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 1 jaar onder aftrek.