Forensisch wetenschapper dr. Max Huisden verzorgt in het kader van de technologische ontwikkelingen in de forensische wereld, gastcolleges op de Anton de Kom Universiteit van Suriname aan studenten van de masteropleiding Surinaams recht en studenten van de Technologische Faculteit. De titel van het gastcollege deze week was ‘Vergiftiging en drugs als forensisch bewijsmateriaal’. Hierbij werd de studenten in detail technische theoretische kennis bijgebracht over het reilen en zeilen in de forensische wereld. Ook werd er nadruk gelegd op de deelonderwerpen, zoals hoe forensisch onderzoek plaatsvindt, hoe drugs en giftige stoffen het lichaam binnen kunnen komen, de kwantificatie en kwalificatie hiervan met hedendaagse apparatuur, hoe het lichaam deze stoffen metaboliseert en hoe forensische reconstructie analyse kan geschieden.
Fantasie vs realiteit
Als wij even naar de film wereld gaan, de welbekende CSI tv-series, lijkt de forensische wereld heel gemakkelijk te zijn. Aan het begin van elke aflevering is het delict gepleegd, en binnen een uur is de zaak opgelost. De serie doet ons denken aan hoe behulpzaam de technologie is of zou kunnen zijn bij een gerechtelijk onderzoek. Huisden werd hiermee tijdens zijn college geconfronteerd en hij reageerde in zijn humor als volgt. ‘Teveel kijken naar CSI kan ons een vertekend beeld geven van de complexiteit en het forensisch onderzoek (FO) verromantiseren. Het is leuk om een serie spannend te maken, maar het is soms verre van de realiteit’, zegt de wetenschapper. Wat wel een feit is, is dat de technologie op alle fronten met rassen schreden vooruitgaat, inclusief de technologie waar de forensische wetenschap gebruik van maakt.
FO is onmisbaar
Het FO bij een gerechtelijk onderzoek is volgens Huisden onmisbaar. Het FO heeft alles te maken met betrouwbare reconstructie. Als er een feit gepleegd is en men wordt geconfronteerd met de omstandigheden van het feit en de sporen op de plaats van delict, dan dient het FO op alle nodige wetenschappelijke gebieden te worden verricht; een gedegen “chain of custody” en objectief wetenschappelijk onderzoek zijn cruciaal; FO geschiedt niet alleen pathologisch, maar ook bijvoorbeeld op het gebied van de vinger- en handafdrukken, vuurwapenonderzoek, bloedonderzoek, DNA-onderzoek, toxicologisch onderzoek, computeronderzoek, handschriftenanalyse etc. Men is vandaag de dag heel ver gevorderd met betrekking tot de geavanceerde apparatuur, die voor verschillende analyses gebruikt kunnen worden. Het FO moet vanuit verschillende invalshoeken worden gepleegd. Hoe meer invalshoeken, hoe duidelijker het eindresultaat van de reconstructie, zal zijn.
Een FO moet objectief en puur wetenschappelijk van aard zijn. De wetenschapper moet zijn protocollen volgen en de resultaten van zijn onderzoek met wetenschappelijke gronden kunnen staven. Aan de andere kant kan er pas op het moment dat er geen criminaliteit meer bestaat gezegd worden dat het doel is bereikt; dat is volgens Huisden echter een utopie. De ontwikkelingen in de forensische wetenschap komen ook de criminelen ten gehore; aangezien ook criminelen telkens op zoek zijn naar nieuwe methoden om misdrijven te plegen. “Natuurlijk leren wij ook uit de inventiviteit der criminaliteit, maar de wetenschap moet hen altijd een stapje voor proberen te zijn”, stelt Huisden.
Bewustwording
“Men is nooit ver genoeg om de analyses naar volle tevredenheid en met de juiste snelheid uit te voeren. Hoe sneller en efficiënter, hoe beter; wij zijn op weg. Mijn bijdrage in Suriname is onder meer om een stukje bewustwording en kennis te brengen binnen de verschillende geledingen van professionals die bij het reconstructie onderzoek betrokken kunnen worden. Niet alleen op laboratoriumniveau, maar ook bij de juristen en medici is forensische kennis noodzakelijk. Alle betrokkenen bij de reconstructie van een misdaad moeten op de hoogte zijn van de meest recente technologie die binnen die context efficiëntie van het onderzoek en betrouwbare resultaten mogelijk maakt. Als je niet ‘up to date’ blijft met de technologie, is het resultaat van het onderzoek vaak niet snel genoeg beschikbaar”, aldus Huisden.
Kavish Ganesh