90-90-90

Gisteren is wereldwijd aandacht besteed aan Wereld Aidsdag. Recent is bericht dat ongeveer evenveel personen niet op de hoogte zijn van hun hiv-status als personen weten dat ze besmet zijn met het hiv-virus. Intussen is de besmetting met hiv redelijk goed te behandelen, maar het stigma en de schuldvraag zijn een barrière voor velen om zich te doen testen. Suriname heeft in de afgelopen periode een behoorlijke potentie opgebouwd om de awareness te blijven bevorderen en ook te werken aan de behandeling van personen die besmet zijn met het hiv-virus. Er is van staatswege een routine opgebouwd voor de behandeling en counseling van personen die dit virus dragen. Preventie en behandeling en begeleiding gaan hand in hand en geen van deze zaken moet onder druk komen te staan vanwege de precaire situatie waarin het land zich verkeert. De productiviteit wordt in Suriname niet gemeten en het is derhalve onbekend in welke mate ziekte of arbeidsongeschiktheid vanwege hiv een impact heeft op de nationale arbeidsproductiviteit. De Staat moet de preventietaak via de voorlichting blijven voortzetten. Dat zeggen wij omdat vooral jongeren ook blootgesteld zijn aan onbeschermd seksueel gedrag van hun idolen. Zo nu en dan lekken sekstapes van celebrities uit en dan is te merken dat men het principe van verantwoord seksueel gedrag niet in acht neemt. Onlangs is door een zeer bekende acteur medegedeeld dat hij al enkele jaren besmet is met het hiv-virus. De man zou het bed hebben gedeeld met duizenden vrouwen van allerlei karakters en levensstijlen. Zulke sterren kunnen via awarenessprogramma’s seksueel actieve personen beïnvloeden.
Het stuk van behandeling van de hiv-besmette personen moet niet worden onderschat. De WHO geeft aan dat meer dan 40% van de personen, die wereldwijd met hiv leven, antiretrovirale behandeling krijgen heden ten dage, een percentage dat in 2000 lag op 2%. De WHO benadrukt dat het ter beschikking stellen van antiretrovirale therapie aan iedereen die met het virus is besmet, heel essentieel is om de aidsepidemie binnen een generatie te beëindigen. Dat betekent dus dat volgens de WHO het mogelijk is om deze epidemie een halt toe te roepen. Het terugbrengen van de epidemie was onderdeel van millennium-ontwikkelingsdoelen en het doel werd al voor de deadline van 2015 bereikt. Nu is bij het vaststellen van de nieuwe ontwikkelingsdoelen tot 2030, de duurzame ontwikkelingsdoelen, afgesproken dat tegen 2030 de ziekte moet zijn uitgebannen. De resultaten die tot 2015 zijn bereikt, geven de kracht en het nut aan van nationale acties en internationale samenwerking. Tegen 2014 was wereldwijd het aantal doden als gevolg van besmetting met het virus teruggedrongen met 42%. Door de acties worden minder personen besmet met het virus. In het kader van de SDG’s zijn door Unaids, het VN-aidsprogramma, de 90-90-90 target aangenomen. Dat houdt in dat in de komende 5 jaren minimaal 90% van de personen, die met hiv leven, bewust zijn van hun infectie, dat minimaal 90% van deze aan de therapiebehandeling zijn en dat van deze minimaal 90% geen traceerbare sporen van virus in het bloed heeft. De awareness is in Suriname nog niet wat het wezen moet. Er is een decennialang taboe op chronische aandoeningen in het algemeen en dat is enigszins afgenomen, maar niet wat betreft hiv. Op de werkplek bijvoorbeeld is het niet altijd zeker dat medewerkers bereidwillige collega’s zullen treffen. Door onwetendheid over de overdraagbaarheid van aandoeningen zou men wel eens uit vrees niet meer willen samenwerken met een collega, van wie het vermoeden bestaat of bekend is dat die besmet is. Dit alles brengt de programma’s van de Staat en het leven van de betreffende persoon in gevaar. Er zijn nog steeds personen, die ervan uitgaan dat de besmetting met het virus ook kan plaatsvinden via de lucht, zoals dat het geval is bij bijvoorbeeld het griepvirus. De voorlichting moet in Suriname een tikkeltje hoger worden opgeschroefd qua niveau, vooral wat betreft jongeren die aan het experimenteren raken op bepaalde leeftijd. Zo moet de voorlichting duidelijk zijn als het gaat om bijvoorbeeld kussen en orale seks. De Staat moet haar verplichtingen met betrekking tot hiv blijven nakomen. Het draait voor een belangrijk deel om de preventie en voor een even belangrijk deel om de behandelingen en begeleiding. Werkgevers, werknemersorganisaties, gezondheidsdiensten en de burgerij in het algemeen moeten gelijkgericht zijn en de overheid speelt daarbij een belangrijke rol. Terwijl het bewustzijn over het ongeneeslijk zijn moet bestaan, dient hiv steeds meer tot normale proporties te worden gebracht.

error: Kopiëren mag niet!