De doorsnee burger begrijpt dat de komende periode iets moeilijker zal zijn dan de achter hem liggende dagen. Ook volksvertegenwoordiger Rabindre Parmessar meent dat de goede oude dagen voorlopig niet in zicht zijn. “Wij moeten één zaak goed vast stellen: men gaat het de komende periode alles behalve gemakkelijk hebben. De trend is al ingezet, waarbij wij de enorme subsidies terugnemen. De staat heeft dat geld gewoon niet. Wij hadden een andere situatie van inkomsten. Wat zou bijvoorbeeld een gezin dat 10 gulden aan inkomen had, doen als zij nu 2 gulden verdienen zou? Het gezin zal dus moeten kijken hoe het met die 2 gulden leeft. We kunnen lang en breed praten over hoe het gekomen is, maar dat brengt moesje niet naar Parijs. De staatsinkomsten zijn minder waardoor wij de onevenwichtigheid krijgen, die ook resulteerde in het aanpassen van de koers. Dit zijn zeker niet de laatste impopulaire maatregelen. Er kunnen meer maatregelen getroffen worden, omdat wij veel minder hebben om te besteden”, zegt Parmessar.
Met de devaluatie is het loon van de Surinamer minder geworden. Met de prijsaanpassingen de komende periode zal het loon ook minder zijn om te kunnen besteden. De burger verwacht dan ook van de regering dat die ook de tering naar de nering zet. Dat zal volgens Parmessar door alle linies heen moeten gaan. Dit betekent dat Surinamers niet meer op de oude manier kunnen blijven leven. Parmessar zegt dat daarom burgerinitiatieven bij deze eminent van belang zijn. “Burgers zullen thuis ook wat initiatieven moeten ondernemen om zelfvoorzienend te zijn. Niet iedereen kan dat, maar er zijn wel mensen die bijvoorbeeld 3 leghorns thuis kunnen kweken en/of wat groenten kunnen planten. Zo zijn er veel meer voorbeelden waar wij de handen uit de mouwen moeten steken. Dit is een uitdagende periode”, stelt Parmessar. De volksvertegenwoordiger meent dat ook moeilijke tijden prettige zaken met zich meebrengen. “Het zijn andere tijden, maar over tijden waarbij solidariteit en burenhulp bij komen kijken, hoeven wij niet triest te zijn.”
Parmessar zegt op podia een aantal keren te hebben aangegeven dat de komende 2 jaren minder zouden zijn. Volgens hem hebben mensen kennelijk er niet bij stil gestaan. Een groot deel van zijn collega’s heeft in ieder geval het tegengestelde hiervan weten te beweren. Volgens Parmessar is dat per slot van rekening hun verantwoordelijkheid. “De bedoeling van de devaluatie is de binnenlandse economische moeilijkheden (vooral in geval van slappe activiteit) helpen oplossen, hoofdzakelijk door vergemakkelijking van de uitvoer. Na een devaluatie worden de uitgevoerde producten “goedkoper”, dat wil zeggen: de buitenlandse koper heeft minder deviezen nodig om hetzelfde artikel te kopen. Door deze maatregel hoopt men de uitvoer, en bijgevolg de binnenlandse productie op te voeren. In bepaalde gevallen heeft een devaluatie tijdelijk een verbetering van de binnenlandse economische toestand meegebracht. Op zichzelf gezien is devaluatie geen zekere methode om de handel aan te wakkeren en een gunstige handelsbalans te verkrijgen.”
In Suriname heeft de devaluatie een ander ratio gehad. Het is duidelijk dat er de afgelopen tijden geen geweldige groei is, in tegenstelling een daling is geweest van de verdiencapaciteit van Suriname.
Parmessar aan de andere kant is van mening dat de overheid continu bezig is met het verhogen van de verdiencapaciteit.
Kavish Ganesh