Begin september 2015 stelde ik enkele in Suriname op vakantie uit Holland zijnde leden van de familie Neslo voor, om met mij mee te gaan op een veldtrip naar mijn werkgebieden in Para en Brokopondo, nabij Brownsweg. Ik zou daarbij een korte stop maken bij de voor hen totaal onbekende heuvel die naar hun familie is genoemd, de Neslobergi, gelegen op de weg tussen Berg en Dal en Brownsweg. De heuvel is volgens de overlevering genoemd naar een chauffeur, genaamd Neslo, die in de zeventiger jaren van de vorige eeuw met zijn bus in het ravijn terecht was gekomen, en wiens bus tot vandaag bij laag water daar nog zichtbaar is. De familieleden zagen op 18 september 2015 voor het eerst de bus. De Nesloheuvel is na dit ongeval bij vrachtrijders zeer berucht geworden. Op 20 september jl. verscheen er in de kranten weer een foto over het van de weg geraken van een met hout beladen truck, die slechts door de aanwezigheid van recentelijk geplaatste vangrails niet ook in het ravijn was verdwenen. De truck volgde vrijwel exact de route van terugrollen van de heer Neslo destijds, en zou zonder vangrails zeker zichzelf en de “Neslobus” voor eeuwig te pletter hebben geslagen. Hulde aan de huidige dc van Brokopondo, die zich ook in haar vorige functie heeft ingezet, om elders overbodig geworden vangrails precies op deze plek te plaatsen, en met succes.
Bij de constructie van de Afobakaweg legde de Suralco een typisch Amerikaanse weg aan. Breed, zoveel mogelijk rechte stukken met weinig bochten. Er is zelfs een in Europa verboden stuk van elf kilometer lang, zonder een bocht. Er waren ook weinig delen met een steile klim, waardoor de weg vrij vlak werd. Dit betrof hier de bereikbaarheid van de noordzijde van het stuwmeer. Aan het andere eind van het meer was Pokigron, dat destijds ook bereikt moest worden. De opdracht tot die wegconstructie kwam niet van de Suralco, maar van de Overheid, en het project vertoonde helaas ook destijds vele typische tekortkomingen. Te weinig begeleiding en controle van in dat verband en op dat niveau opgeleide technici op de aannemer, verlate betalingen aan de aannemer, en een verkeerstechnisch gevaarlijk wegontwerp met veel bochten, veel heuvels, veel dalen en veel ravijnen. De beruchtste delen waren de intussen deels gecorrigeerde Poeiribergi bij km 45 en de Neslobergie bij km 4. De Neslobergi is op 86 km afstand vanuit Paramaribo, maar vrachtrijders van het binnenland gingen er steeds van uit, dat wie langs Neslo was gekomen, reeds aan Paramaribo mocht denken; er volgden geen hoge heuvels meer. Ook in 1988 rolde een truck met grind de heuvel af, achteruit. Een lege truck deed dat in 1993, terwijl er meerdere personenwagens van de heuvel terugrolden tussen 1988 en 2013. Bij een van de gevallen van terugrollende trucks werden de elektriciteitsmasten geraakt. Bij de asfaltering in 2011 werd de top van de heuvel verlaagd met enkele meters. De helling werd minder, maar is toch nog steeds groter dan die van de brug van Paramaribo naar Meerzorg. Er zou ook meermalen een “spook” bij de heuvel gesignaleerd zijn. Bij autopech nabij de heuvel liet men daarom in de nachtelijke uren liever de auto, ontdaan van bezittingen, alleen op de weg achter, in de hoop dat noch magere gewichtloze witte spoken, noch bruine, gele en zwarte spoken met obesitas, met glad haar, sluik haar of met kroeshaar zouden proberen om de auto binnen te dringen. Tijdens een veldtraining geologie voor het vak veldkartering heb ik eens twee ploegen studenten vanuit de top van de Nesloheuvel het veld ingestuurd om in door hen zelf open te kappen verkenningslijnen naar noord en naar zuid, gegevens te verzamelen van de daar voorkomende soorten gesteenten, kreken, heuvels, dalen en andere onvoorziene bijzonderheden zoals oude kampen.etc. Beide ploegen kwamen volgens afspraak na drie uren terug ,met als genoteerde bijzonderheden o.a. laterietboulders, kwartsstenen, kreken, zandsteen ,maar ook ”een Honda Civic, twee Noah bussen, en meerdere Dames Yamaha bromfietsen”,alle verlaten en gestript.De Nesloheuvel bleek destijds dus ook een bergplaats en slooplocatie voor elders ontvreemde vervoersmiddelen te zijn.De politie van Brokopondo heeft intussen ook deze activiteit grotendeels stopgezet. De steeds dieper wordende ingravingen van de heuvel hebben echter ook de chocoladebruine, spekgladde klei van de ondergrond, soms vallend op de weg, blootgelegd. Daarom deze oproep aan vakantierijders, toeristen, maar ook zakelijke bezoekers richting Brownsweg : De Nesloheuvel heeft reeds te veel slachtoffers gehad, om U er ook bij te voegen. Rijd op de weg van Berg en Dal naar Brownsweg dus met een beheersbare snelheid. De weg heeft destijds lagere constructie voorschriften gehad dan de Afobakaweg, en is daardoor minder veilig. Als oud Nederlands 100 m sprint- kampioen weet ik hoe moeilijk het was, om mijn lichaam van destijds (!) 75 kilogram bij een snelheid van ruim 40 km per uur tot stilstand te krijgen na de finish bij indoorwedstrijden. Ik kan me daarom voorstellen, hoeveel moeilijker het moet zijn, om een auto van 500 kilogram bij een snelheid van 100 kilometer per uur tot stilstand te brengen, binnen enkele meters van remspoor. Rijders, doe uw toekomstige nabestaanden dat soort van hardrijden op die weg niet aan!
PS. Er ging op 9 november 2015, twee dagen voor Divali, weer een personenwagen het ravijn en het water daarvan in…….. bij Neslobergi.
Drs. Eddy Monsels