De bekende criticus Julian With kan zich niet voorstellen dat collega-psychologen thans bezig zijn met het testen van driejarigen. “Driejarigen hoort men psychologisch niet te testen. Er zijn slechts twee uitzonderingen die een test rechtvaardigen. In het eerste geval wanneer men te maken heeft met een driejarig kind dat super begaafd lijkt te zijn en in het tweede geval, met een kind dat een behoorlijke achterstand lijkt te hebben. In alle andere gevallen, blijf je met je poten van kinderen”, benadrukt With. Hij is van mening dat driejarigen peuters moeten wezen. “Het besluit om driejarigen toe te laten tot het onderwijs, heeft dan ook een weerloos irrationaliteitsgehalte. Psychologen hebben reeds onderzoek gedaan en hebben ook kunnen aantonen op welke leeftijd kinderen schoolrijp zijn. Hij is van mening dat driejarigen niet in staat zijn om het onderwijs tot zich te nemen, omdat de aandachtspanne bij driejarigen veels te kort is.” Hij vindt het besluit dan ook ondoordacht om zulke jonge kinderen toe te laten tot het onderwijs. “Het is een bekend fenomeen in Suriname dat er ongeveer 30 tot 40 leerlingen in een klaslokaal zitten. De overheid zit met een accommodatieprobleem en dan wil de regering nog een groep van driejarigen toevoegen aan de groep, die het onderwijs al normaal binnenstroomt. Daarnaast is het moeilijk om les te geven aan een klas van 30 tot 40 leerlingen. Dan heb je toch over niets nagedacht”, merkt With kritisch op.
With begrijpt ook niet hoe een persoon als Lilian Ferrier zo een taak op zich kan nemen om driejarigen te laten testen. “Ze hoort te weten als psycholoog, dat je driejarige kinderen niet moet gaan testen en alsof dat niet genoeg is, dan zegt ze dat ze kleuterleidsters traint om psychologische testen af te nemen. In feite is dit geen doodslag, maar moord als je het in strafrechtelijke termen zou gieten”, merkt de criticus verder op. Kleuterleidsters zijn er volgens hem om kleuters te leiden en niet om testen af te nemen, “daar hebben zij de bevoegdheid niet voor”. “Een persoon met verstand van zaken mag zulke uitspraken niet doen in het openbaar en men mag ook niet mee doen aan dergelijke situaties.” With begrijpt het echter wel, “want geld stinkt niet”. Maar als dat een overweging is, dan is het einde volgens hem zoek. Hij geeft verder aan dat mensen die de gelegenheid krijgen om via de overheid geld te verdienen, niet eens meer de vraag stellen waar ze nu mee bezig zijn.
Roy Miranda voorzitter van commissie evaluatie naschoolse opvang
With kan zich ook niet voorstellen dat Roy Miranda voorzitter is van de commissie, die de naschoolse opvang moet gaan evalueren. “Als je denkt dat je alles al hebt gehad in dit land, dat het niet erger kan, dan krijg je dit bericht te lezen”, benadrukt hij. Volgens hem heeft Miranda er totaal geen verstand van. Het gemak waarmee dit soort excessen in de Surinaamse samenleving worden getolereerd, doen dan ook echt zijn wenkbrauwen fronzen. Het maatschappelijk middenveld zou volgens hem moeten opkomen en de vraag stellen of de zaak wel serieus wordt genomen. Het benoemen van Miranda als voorzitter van die commissie is dan ook een regelrechte belediging aan het onderwijs. Het kan niet zo zijn dat een persoon accountant is en dat men hem vraagt om een bankinstelling te gaan controleren in een commissie onder voorzitterschap van een stratenmaker. “Ik denk dat geen enkele accountant dat zou accepteren.”
Er moet volgens hem interactie zijn tussen regeerders en de bevolking. “Als de regering door heeft dat de bevolking alles pikt, dan doet ze wat ze wilt. Als de regering door heeft dat een bepaalde beslissing kan zorgen voor gelazer, dan zal ze wel twee keer nadenken voordat men zo een besluit neemt.” Per slot van rekening wil geen enkele regering gelazer meent With. “Als de bevolking alles pikt, dan is de bevolking eigenlijk zelf schuldig dat de regering zich zo gedraagt. Men zou moeten protesteren tegen zaken die niet door de beugel kunnen”, geeft With verder aan. Er zijn volgens hem voldoende democratische middelen om te protesteren.
G.A.