Relatie wordt grimmiger

Het is nu menens met de goudmultinational Iamgold/Rosebel Gold Mines (RGM). Het bedrijf werkt nu met ultimatums aan de regering en dat betekent dat het bedrijf nu de regering onder druk wil zetten. Dat betekent impliciet ook dat de Surinaamse regering naar gevoel van het bedrijf niet tot actie overgaat wanneer de druk van een ultimatum niet bestaat. Dat betekent verder ook dat er slepende zaken zijn en dat nu uitstel van maatregelen niet kan worden geduld. Verder halen we uit de communicatie van het bedrijf zoals het naar voren komt, dat het nu wel primair naar zijn eigen belangen moet kijken en dat men puur volgens de gemaakte afspraken wil werken. We begrijpen dat er geen ruimte is meer voor een ‘tje poti’ houding. Een verklaring daarvoor vinden wij in het feit dat op de wereldmarkt de prijs van goud is gekelderd. Sinds de hoogtijdagen is de prijs gekelderd met zeker meer dan 35%. Dat is een enorme teruggang, maar zowel Iamgold (die hier is om winst te maken voor de aandeelhouders) als de regering (die voor haar bbp en de uitvoering van het sociaaleconomisch beleid zwaar afhankelijk is van mede de inkomsten van de multinational) wist dat de prijs van goud behoorlijk zou gaan droppen. Daarvoor waren er al voorspellingen gedaan en in DNA is door de oppositie zelfs de vraag gesteld aan de vaste commissie Financiën op welk punt het niet meer rendabel meer zou zijn om goud te winnen in Suriname. Deze discussie ontstond in de periode toen de regering Bouterse 1 vroeg in haar periode de instelling van het spaar- en stabilisatiefonds voorstelde in DNA. Voor delen van de vaste commissie was de waarschuwing stemmingmakerij en men stelde de samenleving gerust dat het nooit in de buurt van het break-evenpoint zou komen. Toen was aangegeven dat dit punt ligt bij een prijs van ca. 1100-1200 USD per troy ounce. In deze buurt ligt de goudprijs nu. Het goudbedrijf heeft eerder aangegeven dat het 10% van zijn werknemers zal afvloeien en dat men zelfs verder zou gaan met het afvloeien van nog een deel als de regering er niet toe zou komen om de illegaliteit bij de Roma East stop te zetten. Er zijn in dit concessiegebied indringers, die het mijnen door het bedrijf zelf onmogelijk maken en ook de operaties in termen van veiligheid in gevaar kunnen brengen. In de overeenkomst heeft de Surinaamse regering het recht niet voorbehouden ten behoeve van de kleine goudzoekers om ook gebruik te maken van het concessiegebied. Het goudbedrijf heeft de regering nu een ultimatum gesteld om de illegale activiteiten van goudzoekers in Roma East stop te zetten. De uiterste datum is 14 november, dus zaterdag aanstaande. Dan moeten alle illegale mijnwerkers verwijderd zijn van het concessieterrein van RGM. De concessionaris mag dat eisen, omdat de regering niet het recht heeft verschaft aan de multinational om namens de Staat wetshandhavingsactiviteiten te mogen ontplooien, eventueel met gebruikmaking van geweld. In een Zuid-Amerikaanse staat waar inheemse en tribale volken wonen, is het wel eens voorgekomen dat grote ondernemers hun eigen paramilitaire legere eropna houden. Die zijn ook gewapenderhand te werk gegaan. In Suriname moet de Staat zelf het vrije genot verschaffen aan de concessionaris voor het recht welke aan de laatstgenoemde is gegeven. Het bedrijf denkt nu in de richting van het aangaan van rechtszaken tegen de Staat Suriname, wanneer deze in gebreke is hem het beloofde vrije genot te verschaffen. Het bedrijf zegt een schade van US$ 27 miljoen te hebben geleden door illegale goudmijnactiviteiten en goud dat wordt weggedragen. Dit bedrag wil het bedrijf verhalen op de Staat Suriname. Rosebel heeft al een kort geding aanhangig gemaakt tegen verschillende illegale goudzoekers, waarbij men ook vraagt om ontruiming met de sterke arm onder verbeurte van een dwangsom. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat naar buiten toe de schijn is gewekt in eerdere instantie dat het bedrijf de goudzoekers zou gedogen onder zekere voorwaarden op bepaalde concessiegebieden. Het bedrijf kan dan opeens geen schadevergoeding gaan eisen, terwijl hij zelf de situatie – als gevolg van onderhandelingen met de regering – heeft gedoogd. Bij de lokale bevolking leeft de opvatting dat men niet kan zonder de illegale goudmijnbouw: er zou volgens hen geen ander alternatief zijn voor inkomsten. In hoeverre die opvatting correct en juist is, is moeilijk te zeggen. Landbouw zou zeker soelaas kunnen bieden in het gebied, maar de minister van LVV heeft nooit in deze richting pogingen ondernomen. Een aanvankelijk ultimatum van 27 oktober is nu verzet naar 14 november. Het goudbedrijf wil een concreet ontruimingsplan zien en wekelijkse vorderingsrapportages. De Staat is heel coulant geweest naar het bedrijf in al haar controleactiviteiten, die betrekking hebben op de naleving van de Surinaamse wetgeving. Terwijl aan de ene kant duidelijk is dat een economie kan draaien op goud (en olie) en er op papier men de shift wenst te maken naar duurzame sectoren, wordt de relatie met de regering grimmiger. De situatie kan met goede tact worden opgelost. Voorkomen moet worden dat de werkloosheid en de armoede toenemen door ontslagen. De regering moet een aantal ministers (LVV, TCT, NH) harder triggeren om te werken aan de duurzame economie.

error: Kopiëren mag niet!