Minister Soewarto Moestadja van Arbeid ontving op dinsdag 8 september het bestuur van de Greenheart Group Werknemersorganisatie (GGWO), onder leiding van Robby Berenstein. De werknemersorganisatie uitte haar ongerustheid over het geplande massaontslag bij Greenheart Suriname NV.
Voorafgaand aan dit bezoek had op donderdag 3 september een grote groep ongeruste werknemers van de Greenheart zagerij in Apoera gedemonstreerd bij het kantoor van districtscommissaris Naana. Men wilde opheldering over de geruchten rond een ontslagaanvraag van 105 arbeiders, overwegend afkomstig uit Apoera. Sinds begin augustus heeft Greenheart Suriname NV een nieuw management. Omwille van de tegenvallende resultaten werd de vorige bedrijfsleiding onder leiding van de Zuid-Afrikaan Michael Janssen grotendeels vervangen. Het bedrijf dat beursgenoteerd is in Hong Kong, wordt nu geleid door een groep Chinese managers met Allan Ho als general manager. Ho is tevens directeur van All Woods Timber NV, een houtbedrijf dat voorheen ook actief was in Apoera, maar al ruim twee jaar niet aan haar verplichtingen kan voldoen en een uiterst dubieuze reputatie in de houtsector heeft.
De wisseling van macht gaat bepaald niet zonder interne en externe strubbelingen. In plaats van een doorstart is er eerder sprake van bewuste sabotage van de bedrijfsvoering. Begin augustus werd de werknemers in Apoera medegedeeld dat er 50% van het personeel zou worden afgevloeid en dat de zagerij met onmiddellijke ingang zou worden stilgelegd. Dit nieuws sloeg in als een bom voor de overwegend lokale werknemers uit het dorp in West-Suriname.
De stillegging van de zagerij in Apoera is intussen een feit en de andere operaties van Greenheart zijn hetzelfde lot beschoren. De afgelopen weken werden op de werklocaties Tibiti, Apoera, Mozeskreek en het hoofdkantoor aan de Duisburglaan Chinese managers binnengebracht, die voorheen werkzaam waren bij All Woods Timber NV. Het nieuwe management blinkt uit in non-communicatie en overal ontstaan er geruchten over het verder uithollen van het bedrijf. De arbeiders zitten al geruime tijd in onzekerheid en er is hen geen verdere informatie meer verstrekt over wie zal mogen blijven en wie zal moeten verdwijnen. De GGWO is bang dat verdere acties zullen escaleren in vernieling op de zagerij en bedreigingen naar het nieuwe management en arbeiders. Ondanks een oproep van de vakbond om rustig te blijven, zijn er wel vernielingen aangebracht aan de wagen van de (nieuwe) zagerij-manager.
Deze situatie heeft gemaakt dat de spanning te snijden is in Apoera. ‘De nieuwe managers zijn de productie niet komen verhogen. Alles is juist stopgezet’, zegt een werkneemster die liever anoniem wenst te blijven. ‘De vijf laatste weken waren de langste in mijn leven. Elke dag komen we naar de zagerij en kunnen we niets doen dan wachten, wachten op werk, wachten op een beslissing.’ De onzekerheid wordt sommige werknemers teveel. ‘Niemand weet wat er verder gaat gebeuren. De kapiteins hebben opgeroepen om rustig te blijven, maar dat is moeilijk. Van binnen staan we allemaal onder spanning. We begrijpen de situatie niet. In plaats van geld te maken met het verzagen van stammen, gebeurt er niets. De nieuwe managers praten niet eens met ons. In juli hebben we nog 4.000 m3 houtblokken verzaagd, in augustus hebben we helemaal niets gedaan.’
Ook op de houtconcessies in Mozeskreek en Tibiti ligt zowat alles stil. Daar werken verschillende Surinaamse contractors, die zich bezighouden met de inventarisatie, de houtkap en het transport van de stammen. De contractors zijn in geen tijden meer betaald. ‘We maken ons ernstige zorgen over de financiële toestand van het bedrijf. Sinds het nieuwe management is de situatie alleen maar erger geworden. We krijgen niets meer uitbetaald,’ aldus één van hen. De contractors zijn gestopt met hun werkzaamheden en hebben hun personeel naar de stad laten gaan. ‘Het is nu zo erg dat we ons eigen personeel niet meer kunnen betalen. Dit is nog nooit gebeurd. Ik moet nu geld lenen om mijn kosten te dekken. Er wordt nu gesproken om ons geld met een deurwaarder te gaan ophalen, maar dat is een laatste optie. Ik hoop dat het toch nog goed komt, ook al lijkt het erop dat het bedrijf failliet aan het gaan is.’ De vraag is echter of het bedrijf daadwerkelijk failliet kan gaan, een recente heruitgifte van aandelen aan de beurs van Hong Kong heeft rond de 10 miljoen US dollar opgeleverd. Geld waar men in Suriname blijkbaar geen rekeningen mee kan betalen.
Op dit moment worden contractors gedwongen om hun diensten goedkoper aan te bieden. ‘Meneer Allan Ho heeft opdracht gegeven om onze tarieven naar beneden te halen, zogenaamd uit kostenbesparing. Maar de geruchten doen de ronde dat hij zijn eigen mensen wil inbrengen om onze werkzaamheden over te nemen. De afgelopen dagen hebben verschillende Chinese contractors de concessies bezocht. Ook al zouden we willen, we kunnen onze tarieven niet verlagen. Het resultaat is dat onze werknemers momenteel hebben besloten om ander werk te gaan zoeken.’
‘De huidige situatie is een bewuste zet van het nieuwe management. Greenheart Suriname stond voorheen bekend als een voorbeeldbedrijf voor verantwoorde boskap. Iets wat duidelijk werd bewezen door het behalen van het FSC- certificaat. Dit certificaat is internationaal erkend en met het investeren in dit prestigieuze certificaat voor duurzaam bosbeheer heeft Greenheart niet alleen zichzelf, maar ook Suriname op de kaart gesteld. De certificering was destijds een bewuste investering om in de toekomst op een veilige en verantwoorde manier aan duurzame bosexploitatie te doen. Onder leiding van Allan Ho wordt alles in het werk gezet om de huidige activiteiten stil te leggen en vervolgens (kritisch) personeel te vervangen voor ander personeel, dat voorheen werkzaam was bij All Woods Timber NV, met als doel om op grote schaal roofbouw te plegen in de Surinaamse bossen.’ Met totale concessies van rond de 700.000 hectare is Greenheart Suriname één van de grootste houtbedrijven in ons land. Bij het bedrijf werken ca. 400 mensen en voor de contractors en toeleveranciers ca. 700 mensen. In totaal 1.100 arbeidsplaatsen die nu dreigen te verdwijnen. Daarnaast dreigt de Staat Suriname een aanzienlijk bedrag aan belastingen mis te lopen.