IGSR is in 2011 begonnen met een ‘incidentele’ masteropleiding Geschiedenis. De opleiding is met 15 studenten begonnen. Vier zijn reeds afgestudeerd, 1 heeft afgehaakt en er resteren nog 10 studenten die moeten afstuderen. Albertzoon Duncan studeerde onlangs als 4de student van de opleiding af. Hij had als titel voor zijn afstudeerthesis ‘Dr. Mr. Drs. Drs. Jnan Hansdew Adhin B.A. (Hon), LL.D, Ph. D, De Maha Acharya’. Dit onderzoek/deze biografie richt zich op de werken en het leven van Jnan Adhin en probeert de veelzijdigheid van Adhin te weergeven. Adhin heeft volgens Albertzoon een grote bijdrage geleverd aan wat Suriname vandaag de dag is geworden. ‘Hij heeft aan een heleboel wetten gewerkt, die vandaag nog in werking zijn. Hij is daarvoor door de overheid niet gewaardeerd. Alles wat ik over Adhin heb beweerd, is met een bron onderbouwd. Waar er een klein beetje speculatie bij is gekomen, is het ook al zodanig verwoord’, zegt Albertzoon over de objectiviteit van het onderzoek.
Maha Acharaya, betekent de grote leermeester. Het komt erop neer dat Adhin zo een 60 jaren, op alle onderwijsinstellingen over alle niveaus in zijn tijd heeft gedoceerd. Daarnaast heeft hij veel inleidingen verzorgd en heeft hij met zijn artikelen kennis naar mensen toegebracht. Volgens Albertzoon is er geen enkel andere Surinamer, die zich zoveel en op zo een hoog niveau heeft weten te scholen. Adhin had er sterk geloof in dat er een relatie zou moeten bestaan tussen de politiek de wetenschap. Hij was een voorstander van het brengen van de wetenschap in de politiek, maar was een tegenstander van politiek in de wetenschap. Drie belangrijkste zaken waar Suriname volgens Albertzoon dankbaarheid aan Adhin zou moeten tonen, zijn het concept van eenheid in verscheidenheid en geen uniformiteit. ‘Integratie met behoudt van eigen identiteit was een van zijn belangrijkste geestesproducten. Wat Adhin dus zegt, is dat iedereen zich moet verdiepen in zijn eigen cultuur, maar open moet staan voor de cultuur van een ander. Daarnaast zegt hij dat een voorwaarde voor het daadwerkelijk beleven van je eigen cultuur, gezocht moet worden in het begrijpen en waarderen van de cultuur van een ander. Deze twee stellingen opgeteld komen neer op ‘natie creatie’”, zegt Albertzoon.
Als tweede verworvenheid van Adhin noemt Albertzoon Adhins bijdrage bij het wegschrappen van strafbaastelling van het beoefenen van winticultuur uit het Wetboek van Strafrecht, wat godsdienstvrijheid voor de beoefenaars van de winticultuur bracht. Als derde noemt Albertzoon de bijdrage van Adhin aan de oprichting van de universiteit, waar hij op zijn minst 35 jaren heeft gedoceerd. ‘Adhin heeft aan de basis van de universiteit gestaan’, zegt Albertzoon.
Albertzoon heeft tijdens zijn onderzoek veel mensen moeten interviewen. Tot die groep behoorde ook Ashwin Adhin, familielid van Jnan Adhin, tevens de huidige vicepresident. Adhin geeft aan niet alleen als familielid, maar ook als wetenschapper van mening te zijn dat zijn oom ondergewaardeerd is. Hij is dus evenals Albertzoon de mening toegedaan dat er meer moet worden gedaan om Jnan Adhin te waarderen.
Kavish Ganesh
