Politie-inspecteur Herman Gooding 25 jaar geleden vermoord!

De Stichting 8 December 1982 brengt de Surinaamse samenleving in herinnering dat in de nacht van 4 op 5 augustus 1990, inmiddels 25 jaar geleden, de politie-inspecteur Herman Gooding werd vermoord, nadat hij uit de brigade van de Militaire Politie, Fort Zeelandia, wegreed.
Het lichaam van deze moedige inspecteur van politie, van wie het hoofd uit elkaar geschoten was, werd de volgende morgen gevonden, niet ver van het huidige DNA-gebouw. Hetzelfde Assembleegebouw waarin in april 2012 ook de moordenaars van deze held van Suriname, in principe, amnestie gaven en straffeloosheid als norm stelden voor de republiek Suriname. Ook deze lafhartige moord op Herman Gooding is niet onderzocht. Ideologische verwanten van de machthebbers en moordenaars van toen vertelden de leugen dat Herman Gooding op een andere plek vermoord werd en daarna voor het monument van Gevallenen, gedumpt werd, daarmee de samenleving met de zoveelste leugen uit die tijd belastend.
Het onderzoek waar Herman Gooding mee bezig was, hield verband met de moordpartij in Moiwana. Op 29 november 1986 werden tientallen bewoners van het dorp Moiwana, onder wie zwangere vrouwen, ouderen en kinderen, in koelen bloede doodgeschoten. De massamoord vond plaats tijdens de Binnenlandse Oorlog tussen het Nationaal Leger onder leiding van D. Bouterse en het Jungle Commando, onder leiding van Ronnie Brunswijk. Herman Gooding zijn ijver en integriteit werden hem fataal.
Er werd in augustus 1990 bij resolutie een onafhankelijk onderzoeksteam, onder leiding van de heer W. Texeira, in zijn hoedanigheid van lid van het Nationaal Instituut Mensenrechten, ingesteld dat zou moeten resulteren in een gedegen justitieel onderzoek. Ook dit werd een farce, omdat de trias politica compleet uitgeschakeld was en de macht van de sterkste in ons land gold die “blinde muren opwierp”.
Onze samenleving moet beseffen dat “straffeloosheid beschouwd wordt als de belangrijkste factor in het chronisch herhalen van mensenrechtenschendingen, en dat het slachtoffers en hun naasten volledig weerloos laat”.
De inmiddels overleden moeder van de heldhaftige Herman Gooding heeft niet kunnen weten wie de moordenaars van haar zoon waren, omdat de rechtsstaat niet functioneerde. Alleen wanneer de rechtsstaat functioneert zonder aanzien des persoons, zullen wij pas een rechtvaardige samenleving kunnen opbouwen waar een ieder gelijk is voor de wet. Maar zo lang men door middel van allerlei foefjes “de hete aardappel in de ijskast probeert te bewaren”, zal ons volk nimmer in vrede en harmonie leven, omdat het gevaar voor herhaling van mensenrechtenschendingen evident is.
De andere Waarheidscommissie
In december 1997 kreeg Suriname een instituut dat “het vraagstuk van de mensenrechten historisch en vanuit het recente verleden moest bezien”.
Hiermee gaf president Jules Wijdenbosch mandaat aan de commissie-Waaldijk, die de komst van een Waarheidscommissie moest voorbereiden. Commissievoorzitter prof. Ludwig Waaldijk en het Surinaamse staatshoofd gaven niet aan wanneer de commissie haar eindadvies over het mensenrechteninstituut klaar moet hebben. Wijdenbosch sprak van “een redelijke termijn”. Ook wat betreft vorm, inhoud en werkwijze kan het nog alle kanten op. De vijf leden sterke commissie is “belast met het voorbereiden van een institutie, die bevoegd is tot onderzoek naar en oordeelvorming over vermeende schendingen van fundamentele mensenrechten in Suriname”.
Waaldijk werkte eind jaren ’80, samen met de voormalige Surinaamse superminister André Haakmat, in Nederland aan een amnestiewet voor de schuldigen aan de decembermoorden van 1982. Die wet moest de rechtsgang rond de moorden ondergeschikt maken aan het staatsbelang. Met andere woorden: in de opvatting van Waaldijk kon amnestie verleend worden zonder onderzoek naar de executies in Fort Zeelandia. Tien jaar later denkt de oud-hoogleraar strafrecht er nog steeds zo over. “Uiteraard ben ik een voorstander van amnestie, mits die gelijktijdig gepaard gaat met een reeks andere voorstellen”, zei hij gisteren. Over inhoud en betekenis van die ‘andere voorstellen’ wilde Waaldijk niets zeggen, “maar ik heb wel mijn ideeën”.
Nu zoveel jaren later is er niets opgelost en inmiddels is er weer een andere actor aan het firmament die denkt gerechtigheid middels een waarheidscommissie te moeten brengen.
Stichting 8 December 1982
Sunil Oemrawsing

error: Kopiëren mag niet!