De afgelopen dagen is heibel ontstaan omtrent een band uit Suriname die op tournee zou zijn in Nederland. Een voor een worden de shows van de band afgezegd. Reden is een intolerante houding tegenover de LGBT-gemenschap. Directe aanleiding is het lied bullet, oftewel de kogel voor de batimangs: de homofielen. In onze Surinaamse muziekscene komt het vaker voor dat geluiden van geweerschoten worden nagedaan of dat men refereert aan geweld met vuurwapens. De invloeden uit Jamaica en de gangrap van de USA zijn niet te miskennen, ook de haat tegen homofielen. Eerder schreven we dat het te maken heeft onder meer om een angst om zelf homofiel te worden of om gevoelens waar men gewaar van wordt, te onderdrukken. In Suriname is er geen sterke LGBT-beweging die het gedrag van de overheid en het bedrijfsleven kan beinvloeden. Dat is wel zo in Europese landen bijvoorbeeld in Nederland waar onze heren op toernee zijn. Er id geklaagd over de inhoud van het lied ‘Bullet’ dat zou aanzetten tot geweld. In Suriname is er ook enige ophef geweest, maar het bedrijfsleven en de regering hebben als zodanig niet daarop gereageerd. Naar verluidt zou de band Hakuna zelfs door de president zijn ontvangen om haar een hart onder de riem te steken. De president stoort zich niet aan de inhoud van het lied, een houding die niet zou mogen bij een staatshoofd van wie het land beschuldigd wordt van het negeren van de rechten van de LGBT. We hebben bijvoorbeeld geen systeem waarbij men kan klagen als men gediscrimineerd wordt. We hebben heel zwakke antidiscriminatewetgeving. Vanuit bijvoorbeeld de Cariom is er ook weinig druk om de regels op orde te stellen. In Nederland is het een andere zaak geweest. In Suriname wordt niet veel waarde gehecht aan petities, in het Europees land zet een petitie een bepaalde druk op de ontvanger van de petitie. In Nederland hebben de showbis-mensen de afspraken met de band afgezegd, onder druk van de publieke opinie. Daarvoor is er geen begrip in Suriname, omdat wij niet en volwaardige op rechten gebaseerde samenleving zijn. Op papier hebben wij al een hele tijd de aspiratie om dat te zijn, maar in de praktijk willen we nog een heleboel zaken verdedigen die niet te verdedigen zijn. De regering van van Suriname is beschldigd, de band te ondersteunen. De regering vond het niet nodig om met een officiele verklaring omtrent haar houding tegenover de rechten van de LGBT te komen. Dat maakt dat het niet duidelijk is waar de Surinaams regering precies voor staat. De artieten van Suriname in het algmeen moeten op een of andere manier wel kenbaar maken wat ook hun standpunt is. De acties die in Nederland zijn omdernemen worden door sommige artiesten afgedaan als een Nederlandse actie tegen Suriname. Over het onderwerp laten de artiesten zih niet uit. Ook de showorganisatoren van Suriname, waar deze liedjes worden opgevoerd an afgedraaid, moeten zich uitspreken. Die van Nederland hebben dat wel gedaan. Zolang er geen begrip wordt getoond naar de homogemeenschap dat deze teksten kwetsend zijn, gaan zij aan de band geen podium geven, zeggen zij. De kwestie is ter sprake geweest in het Nederlandse parlement. Op het moment dat de Surinaamse regering, in de persoon van Buza-minister Lackin, in de gelegenheid was om een statement te maken, heeft hij dat niet gedaan. Ook hij ziet de zaak kennelijk als een ding tussen Nederland en Suriname. Hij heeft wel aangegeven dat de band Suriname niet vertegenwoordigd. Hij adviseerde de band om terug te reizen. De regering heeft op dit moment dus geen standpunt gegeven. Eerder maakte de president wel enige grappen over de homofielen.
Nu hebben de bands uit Suriname kennis gemaakt met een kant van de wereld waar alles in relatie wordt gebracht met rechten. Et recht van vrije meningsuiting is sterk, maar vindt zijn beperkingen waar er gevaar bestaat voor het leven, de veiligheid en de gezondheid van anderen. Nu is dat klaarblijkelijk wel het geval. In Suriname vloeit uit artikel 8 van de grondwet voort dat niet mag worden gediscrimneerd op basis van seksuele geaardheid. Bij het wetgevingsproces wordt ook steeds vaker verwacht dat discriminatieclausules worden opgenomen. De Surinaamse overheid is zich bewust van de verwachtingen die er op dit stuk betaan, maar de burgerij in mindere mate. Homofobie is een thema waarover de Surinaamse burger heel slecht is ingelicht. Men kent de verschillen niet tussen respecteren, tolereren en bevorderen. In ons DNA zijn door een parlementarier opmerkingen gemaakt met betrekking tot LGBT’s als een groep mensen met een afwijking. In dit geheel is duidelijk dat de Staat mede vanuit internationale verplichtingen een statement moet maken. De Staat heeft ook de verplichting om de burgers op dit stuk te beinvloeden. Daarto horen ook de artiesten.