Het Centraal Hoofd Stembureau heeft gisteren op maandag 27 juli een deurwaardersexploot doen toekomen aan de PL. Hierin staan aangegeven dat het eerder verstuurde deurwaarderexploot op 25 juli als niet verzonden moet worden beschouwd. In de brief van 27 juli, die door het CHS is verstuurd naar de PL, staat aangegeven dat de twee PL-volksvertegenwoordigers, Raymond Sapoen en Diepak Chitan, op 24 juni 2015 zijn teruggeroepen. Het CHS legt eveneens het volgende verband. ‘De samenwerkingsovereenkomst tussen de verschillende partijen VHP, SPA, PL, NPS, BEP, heeft plaatsgevonden op 23 februari 2015. Hier werd besloten om gezamenlijk als V7-verband de verkiezingen in te gaan. De beëindigingsovereenkomst, waarbij de verschillende partijen hebben besloten een eigen fractie te vormen in het parlement, vond plaats op 25 juni 2015.’ Eveneens wordt aangegeven dat de terugroeping van de twee leden heeft plaatsgevonden op 24 juni 2015, op welke datum de V7 nog niet was ontbonden. Maar het CHS is kennelijk vergeten dat de twee leden voor de tweede maal zijn teruggeroepen en wel op 13 juli 2015.
PL-voorzitter Paul Somohardjo hiermee geconfronteerd, plaatst grote vraagtekens achter de kundigheid en bekwaamheid van dit orgaan. Hij vindt de handelingen van het CHS gewoonweg schandalig. ‘Ze nemen gewoon een kiek op ons.’ Somohardjo zegt met klem dat het beslist niet de taak is van het CHS om de wet te toetsen. Was het zo dat het deurwaardersexploot dat verstuurd is op 25 juli slechts de volgende woorden ‘Het CHS stelt dat na toetsing de terugroeping van de PL-volksvertegenwoordigers niet voldoet aan de wettelijke bepalingen die de grondslag zijn voor het terugroepen’ bevatten, blijkt dat per deurwaardersexploot van 27 juli het CHS heel uitgebreid is ingegaan op grond waarvan de terugroeping niet valide zou zijn. Ook deze kwestie wordt door Somohardjo gehekeld. ‘Zij hebben slechts als taak om twee nieuwe leden toe te laten op de plaats van de teruggeroepen PL’ers Raymond Sapoen en Diepak Chitan.’
Per deurwaardersexploot van 27 juli stelt het CHS eveneens dat na bevindingen is gebleken dat de terugroeping niet voldoet aan de wettelijke bepalingen conform artikel 2 en 3 van de Wet Terugroeping Volksvertegenwoordigers, en dat er geen plaatsen zijn opengevallen, waardoor er geen vacatures zijn ontstaan.
Asha Gajadien-Bhagwat