Brief PSB-bushouders aan TCT

dblogoMiddels deze vragen wij, vergunninghouders van het traject PSB, met verschuldigd eerbied uw aandacht voor het volgende verzoek. Zoals u bekend is er al geruime tijd een zodanige bezetting van bussen op het traject PSB, dat noodzakelijkerwijs overgegaan moest worden tot het invoeren van een ploegensysteem met een ploeg A en een ploeg B. De ploeg waartoe men behoort wordt aangeduid middels het stickersysteem. De wachttijden waren hiervoor lang en met het invoeren van het nieuwe systeem ingaande 1998 werden bushouders onkosten bespaard. Weliswaar bleef het uiteindelijke resultaat een significante teruggang in de inkomsten en dat dagen of dagdelen de betreffende bussen niet productief kunnen worden ingezet, hetgeen neerkomt op een verspilling van productiemiddelen. In 2010 vroegen de vergunninghouders al de aandacht van het Ministerie van Transport, Communicatie en Toerisme (TCT) naar aanleiding van busvergunningen die ondanks de overbezetting werden uitgegeven. In 2010 werden vertegenwoordigers van de PSB-route ontvangen voor een onderhoud door de Dienst Openbaar Vervoer aan de Maystraat en ook op het hoofdkantoor door de Directeur van TCT, mevr. Drs. Th. Douglas – Pinas. Het resultaat van dit onderhoud was dat het Ministerie van TCT de verdere verlening van vergunning op dit traject achterwege liet.
Thans hebben wij gemerkt dat, ondanks de evidente en erkende overbezetting, nieuwe busvergunningen op de route zijn uitgegeven. Tevens bestaat de indruk en zijn er aanwijzingen dat mogelijk meer vergunningen op het traject zullen worden uitgegeven. Vermeldenswaard is dat de stickers op de nieuwe bussen, nummers omvatten die horen bij reeds uitgegeven geldige en in gebruik zijnde vergunningen. Na verificatie onzerzijds is onomstotelijk komen vast te staan dat het in deze niet gaat om automatisch vervallen vergunningen vanwege overlijden van de vergunninghouder en ook niet om uwerzijds ingetrokken vergunningen. Met deze nieuwe vergunninguitgiftes worden de vergunninghouders zwaar in hun belang aangetast. De concurrentie is door deze vergunninguitgiftes alleen maar groter geworden, waardoor voldoende broodwinning voor het gezin onmogelijk is geworden. Bovendien zorgen nieuwe vergunningen voor een nog grotere onoverzichtelijkheid, chaos, spanning en druk op de eindhalte te ‘Ondrobon’, waar thans ook ruimte wordt ingenomen door de nieuwe route PS die zich ophoudt op onze parkeerplaats.
Uw ministerie is in voldoende mate op de hoogte van de ongezonde concurrentie en de overbezetting op de PSB-route. Alhoewel uw krachtens de Autobusdienstwet (GB 1933 no. 100, geldende tekst GB 1962 no. 127, zoals laatstelijk gewijzigd bij SB 2006 no. 14) gegeven bevoegdheid om in het onderhavige te beschikken ondubbelzinnig wordt erkend, werd derhalve toch – gegeven de omstandigheden van dit geval – van het Ministerie van TCT verwacht dat hij, mede op grond van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, belanghebbenden eerst had gehoord, voor een besluit te nemen welke de dienstverleners nu direct in hun belang schaadt. Bovendien werd van van het departement verwacht dat hij een zekere mate van zorgvuldigheid in acht had genomen in het uitoefenen van zijn bestuurshandelingen, hetgeen in dit geval naar ons oordeel achterwege is gebleven. Immers, de Autobusdienstwet bepaalt gebiedend dat vergunningen door de vergunningverlenende Minister worden verleend “termen daartoe vindende” (art. 3 lid 1). Dit impliceert dat een weloverwogen belangenafweging dient plaats te vinden.
Door het uitgeven van de nieuwe vergunningen zijn wij in onze belangen geschaad. Als dienstverleners die jarenlang ons brood verdienen in de sector, rekenen wij op uw begrip en bescherming in deze, vanwege uw ordenende taak voor het openbaar vervoer voortvloeiende uit de Autobusdienstwet en het Besluit Taakomschrijving Departementen. In de afgelopen periode hebben zich geen ontwikkelingen voorgedaan op de specifieke markt die in enige mate een verruiming van het aantal vergunningen eventueel zou rechtvaardigen. Ten overvloede zij ook vermeld dat uw ministerie terecht en wijselijk conform zijn verantwoordelijkheid uitgaat van een vergunningenstop. “Vanwege het feit dat haast alle trajecten van het openbaar vervoer overvol zijn, worden vooralsnog geen nieuwe vergunningen verleend op de bestaande trajecten. De bushouders zijn ondernemers en opereren slechts op routes die winstgevend zijn. Indien bij de nieuwe wijken en goed geasfalteerde wegen de behoefte bestaat, kan het ministerie (na onderzoek) overgaan tot het verlenen van nieuwe vergunningen. Dit betekent dat het hier gaat om nieuwe trajecten die gecreëerd zullen worden”, is vermeld op uw ministeriële website.
Wij zijn bereid om plichtsgetrouw en met toewijding conform de gegeven vergunningsvoorschriften en de Beschikking Vergunningsvoorwaarden Autobusdiensten, personen te vervoeren op het genoemde traject. Uitgaande van de evidente overbezetting, de eerder bij uw ministerie te berde gebrachte bezwaren, de toepasbaarheid van de vergunningenstop en het afwezig zijn van het automatisch vervallen of het intrekken van vergunningen, betreuren wij het dat toch nieuwe vergunningen zijn uitgegeven en tekenen derhalve bezwaar aan. Redenen waarom wij u – gebruik makend van ons recht vervat in art. 7 van de Beschikking Vergunningsvoorwaarden Autobusdiensten – verzoeken om de verdere uitgifte van nieuwe vergunningen op de PSB-route en overlappende routes op te schorten en indien mogelijk de nieuw uitgegeven vergunningen te doen intrekken. Voorts doen wij aan u het verzoek een vertegenwoordiging van ondergetekende bushouders te ontvangen voor een kort overleg omtrent het onderhavige.
Hoogachtend,
de vergunninghouders op het traject PSB

error: Kopiëren mag niet!