Paul Somohadjo heeft onlangs aangegeven dat indien de NDP op rr-niveau de meerderheid heeft, het geen zin heeft richting de Verenigde Volksvergadering te gaan. Hij gaf dus aan met de V7-leiders te zullen spreken om het aan de gekozen kandidaten over te laten de president in het parlement te kiezen, om zodoende de onnodige kosten richting een VVV te voorkomen. Somohardjo gaf ook aan dat de PL in combinatieverband de verkiezing is ingegaan, wat maakt dat als er richting zijn partij een uitnodiging van de NDP zal komen, niet PL, maar geheel V7 met de NDP aan tafel zal zitten.
Anand Ramdjielal, gewezen lid van de Adviesraad van de VHP, ziet hier bijna hetgeen gebeuren waarvoor hij de VHP had gewaarschuwd. ‘Men heeft een samenwerkingsovereenkomst getekend, waarvan 95% van de mensen niet eens weten wat de inhoud is geweest. Men heeft een doodvonnis getekend.’ Volgens Ramdjielal is er in V7-verband overeen gekomen om ten eerste duurzaam samen te werken en ten tweede gezamenlijk deel te nemen aan de verkiezingen. Daarnaast zal men samen een regering moeten vormen. ‘Men heeft dan ook alle geldende wettelijke regelingen op de overeenkomst van toepassing verklaard, zonder deze concreet te stellen.’
Als men in combinatieverband overeenkomt om de NDP te ondersteunen bij het kiezen van de president, dan is er volgens Ramdjielal geen vuiltje aan de lucht. Het wordt pas een probleemsituatie wanneer de partijen binnen de combinatie niet overeenkomen om de NDP te ondersteunen. Partijen die met zetels ervandoor willen gaan, moeten afgestraft worden, maar kunnen in het geval van V7 niet worden afgestraft, omdat de overeenkomst dat niet toelaat. De overeenkomst is volgens Ramdjielal te vaag om zo een handeling in het leven te roepen. Dus concludeert Ramdjielal dat niets en niemand de partijen tegenhoudt om uit elkaar te gaan.
Kavish G.