MC/NDP-parlementariër Rashied Doekhie zegt aan Dagblad Suriname dat hij niet zo blij is met het voornemen van De Nationale Assemblee (DNA) om de huidige pensioenregelingstermijn voor leden terug te brengen van zes naar 4½ jaar. De parlementariër zegt dat zijn ontevredenheid merendeels komt, omdat de verkiezingen vlak voor de deur zijn en hierdoor een slecht beeld wordt gecreëerd naar de kiezers toe. Bovendien ziet hij dat de regeling wordt gevraagd door DNA-leden die altijd een grote mond hebben en grotendeels niet terug zullen keren voor een tweede termijn. Het college behandelde afgelopen vrijdag de aanpassing van de Wet Geldelijke Voorzieningen van de leden en gewezen leden van De Nationale Assemblee. Indien de aanpassing wordt goedgekeurd, komen alle leden die minimaal 4½ jaar deel uitmaken van het parlement vanaf hun 55ste jaar in aanmerking voor een pensioen of onderstand. Assembleeleden die in de periode van de telefooncoup tussen 1987 en 1991 en assembleeleden in de periode 1996 tot 2000 maar 1 zittingstermijn als volksvertegenwoordiger hebben gefunctioneerd, krijgen nu geen cent aan pensioen. Met de nieuwe regeling wordt dit dan rechtgetrokken. Het wetsvoorstel zorgt er ook voor dat assembleeleden, die 4½ maanden hebben gefunctioneerd, een pensioen kunnen ontvangen, ook al hebben assembleeleden de pensioengerechtigde leeftijd niet bereikt. Nadat ze 2 zittingstermijnen hebben gefunctioneerd als assembleelid, krijgen ze onmiddellijk pensioen uitgekeerd. Het pensioen bedraagt 100% van hun bezoldiging. Alle DNA-leden schijnen zich in de verbetering van hun rechtspositie te vinden.
“Als het volk je niet voor een tweede termijn wilt hebben, verdien je dan geen enkel pensioen”, stelt de parlementariër. Doekhie zegt dat zaken breder bekeken moeten worden, omdat regels niet steeds veranderd kunnen worden om een selectieve groep tevreden te stellen. Hij verwijst met een voorbeeld naar een geval van oud-vicepresident Jules Ajodhia, die al verscheidene pensioenen toucheert. Naast zijn pensioen als vp, krijgtAjodhia ook nog zijn ministerspensioen en assembleepensioen. “Meer dan de helft van het parlement maakt al aanspraak op een ambtenarenpensioen. Het is niet humaan”, aldus Doekhie. De NDP’er zegt dat niet vergeten moet worden dat een regering en parlement binnen een jaar of twee naar huis gestuurd kunnen worden in gevallen van vervroegde verkiezingen. Indien de huidige regeling wordt doorgevoerd, verwacht hij dat anderen ook misbruik zullen maken om hun eigen financiële posities veilig te stellen. Doekhie neemt vooral zijn collega Harish Monorath kwalijk, die aangeeft dat de regering dit bedrag wel kan ophoesten, aangezien zij zoveel ministers met vet salaris naar huis heeft gestuurd. “Als jurist moet hij zich schamen om de regering te vragen om een slecht voorbeeld voor hem toe te passen. Als het ontheffen van ministers niet goed is, ben ik juist voorstander dat het geldelijk deel voor hun wordt afgeschaft”, aldus Doekhie.
Assembleeleden hebben tijdens de behandeling afgelopen vrijdag hun erkentelijkheid uitgesproken voor personen die tijdens de militaire dictatuur lid waren van het toenmalige parlement. Zij hebben onder zeer moeilijke omstandigheden en grote druk de grondwet en andere wetten voorbereid en goedgekeurd, die als basis gediend hebben voor de terugkeer van de democratie in Suriname. De ondervoorzitter van DNA, Ruth Wijdenbosch, gaf tijdens de behandeling aan dat niet de militaire periode, maar de inzet van de ex-assembleeleden wordt goedgekeurd. Ofschoon ze geen gekozen volksvertegenwoordigers waren, mogen ze, aldus Wijdenbosch, niet uitgesloten worden van de financiële voorzieningen waarvoor de door het electoraat gekozen leden in aanmerking komen. Het is volgens Wijdenbosch daarom ook gerechtvaardigd dat in geval van overlijden hun directe nabestaanden aanspraak maken op de voorzieningen. Getracht wordt om het ‘verval’ van deze en toekomstige DNA-leden te voorkomen.
FR