Yvonne Raveles-Resida, de weduwe van Robin Ewald Raveles (Dobru), heeft het documentair erfgoed van Dobru overgedragen aan de minister van Binnenlands Zaken. De minister op zijn beurt droeg het archief over aan de nationale archivaris.
‘Voor het Nationaal Archief Suriname (NAS) is het een eer om het documentair erfgoed van een groot Surinamer in ontvangst te mogen nemen’, zei directeur Rita Tjien Fooh van NAS. ‘De overdracht beschouw ik als een kroon, omdat Dobru zijn gedachtegoed voor de gemeenschap beschikbaar heeft gesteld’, zei een blije Tjien Fooh. ‘Wat zou hij nu blij zijn geweest, gezien zijn eerbied voor dit dappere volk, waarmee hij zich voor eeuwig verbond’, zei Raveles- Resida.
De nieuwe generatie zal weten wie Dobru was
‘Wij geven met een gerust hart de verzamelde documenten in bewaring aan ons NAS en hopen dat velen ze zullen inzien, op zoek naar antwoorden, die tot nu toe niet werden gevonden. Wij zijn de vertrekkende generatie, maar de komende generatie, zal niet alleen weten wie Dobru was, maar ook wel weten wat het die generatie gekost heeft om een eigen identiteit te bewerkstelligen’, uitte Raveles-Resida. ‘In de taakstelling van het ministerie van Binnenlandse Zaken is de opdracht geformuleerd, dat niet alleen de archieven van de overheid, maar ook archieven die van betekenis zijn voor de kennis van het cultuur en historisch erfgoed van ons land worden overgenomen’, zei minister Edmund Leilis. ‘De particuliere archieven geven ook een ander beeld van de samenleving. De overheid neemt besluiten, maar andere personen hebben een ander beeld van de samenleving. Vandaar dat de NAS ernaar toe werkt om archieven van prominente Surinamers over te nemen’, bekent Tjien Fooh.
Dobru de representant van nationalisme
‘Als dichter was Dobru de representant van het nationalisme. Hij heeft ongetwijfeld een stempel gedrukt op onze samenleving’, benadrukte Leilis. Bij de overdracht waren ook de ambassadeur van Venezuela in Suriname, de ambassadeur van Cuba in Suriname en de ambassadeur van Suriname in Cuba aanwezig.
Kavish G.