President Desire Bouterse was niet aanwezig op het Nationaal Jeugdcongres, welke werd gehouden in het Surinaams Olympisch Comité (SOC). Een nationaal jeugdcongres is een bijeenkomst, waarbij er voor jongeren van de verschillende districten een platform wordt aangeboden om de problemen van hun districten aan te kaarten. De president werd vertegenwoordigd door de first lady, Ingrid Bouterse-Waldring. Mitesh Bhaggoe, eerste tevens gewezen ondervoorzitter van het Nationaal Jeugdparlement van de periode 2004, gaf aan dat het een domper is dat de eerste burger, de president, niet aanwezig was op het Nationaal Jeugdcongres. ‘Dit is een congres dat 1 keer in het jaar wordt gehouden en waarbij jongeren van alle lagen van het land naar komen om te luisteren naar de visie en het jongerenbeleid van de president. Ook krijgen de jongeren de gelegenheid de problemen van hun districten rechtstreek aan de president voor te leggen. De president stelt zich beschikbaar voor de installatie van een jongerenbestuur van zijn eigen partij. Stelt hij zijn partijzaken voorop dan het nationaal belang? Als de president vindt dat hij het jongerenbeleid belangrijk vindt en ondersteunt, zou hij wel alles kunnen missen en de jongeren kunnen aanhoren tijdens dit congres’, aldus Bhaggoe.
Op de vraag als er genoeg vertrouwen is in het werk van de jongeren, gaf Bhaggoe aan dat het vertrouwen in de jongeren heel sterk is, maar dat men niet durft bepaalde zaken aan te kaarten die mis gaan. Tegenwoordig merk je dat jeugdparlementariërs openlijk hun politieke kleur tonen, op politieke podia praten en openlijk stemadvies aan andere jongeren geven. Als jeugdparlementariër vertegenwoordig je alle jongeren en ben je een neutrale persoon. Bhaggoe keurt de komst van de first lady niet af, maar er zijn structuren die gevolgd moeten worden, gaf hij aan. Als de afwezigheid van de president bij de volgende congressen een trend blijft, komt de president nooit in contact met jongeren dan alleen in partijverband. Volgens Bhaggoe moeten partijbelangen achterwege gelaten worden en moet er meer naar het nationaal belang en het belang van jongeren worden gekeken.
DA
