De VHP Nederland organiseerde op 12 oktober jl. met succes de tweede Jagernath Lachmonlezing. In Theater Diligentia in Den Haag gaf Prof. dr. G.J. Oostindie samen met co-referent dr. Hans Ramsoedh een lezing met als thema de transnationale banden tussen Suriname en Nederland. Beide inleiders kwamen tot de slotsom dat beide naties en hun gemeenschappen actief moeten investeren om de historische verbondenheid te verduurzamen. ‘Een belangrijke rol is voor de VHP weggelegd wanneer deze partij zichzelf met recht weet neer te zetten als een partij die in staat voor integer bestuur met een toekomstgerichte visie én bereidheid toont tot samenwerking over etnische grenzen en partij-politieke belangen’, aldus prof.dr. G.J. Oostindie. In zijn bijdrage wees dr. H. Ramsoedh op de belaste relatie tussen Suriname en Nederland, de afnemende interesse van derde- en vierde generaties Surinamers in Nederland en het daarmee samenhangend effect dat de banden tussen Suriname en Nederland zouden kunnen verslappen. Beide inleiders hielden een pleidooi voor actieve invulling van de onderlinge relatie maar wezen ook op de grote voordelen van de Caribische regio. De voorzitter van de VHP Chandrikapersad Santhoki sprak zijn overtuiging uit dat de transnationale band tussen Suriname en Nederland niet verloren mag gaan. ‘De historische relatie die de volkeren van Suriname en Nederland aan elkaar bindt mag niet onder druk komen te staan door persoonlijke sentimenten. Ik betreur deze gang van zaken die tot nu toe de sfeer van deze relatie heeft bepaald. Mijn streven is een open en eerlijke relatie met Nederland waarin de gelijkwaardigheid van beide landen centraal staat’, aldus de voorzitter van de VHP Chandrikapersad Santhoki.
VHP Nederland memoreert sinds 2013 jaarlijks de geboortedag van de gewezen VHP voorzitter wijlen mr. Jagernath Lachmon. Rond zijn geboortedag in oktober wordt stilgestaan bij zijn gedachtegoed en de ontwikkelingen in de Surinaamse samenleving en in de politiek. De lezing van vorig jaar werd in de Nieuwe Kerk in Den Haag gehouden. De voorzitter van de VHP Chandrikapersad Santhoki verzorgde de inleiding, gevolgd door een inspirerend debat tussen de heer A. Ramdin (assistent secretaris – generaal OAS) en prof. R. Gowricharn.
Dit jaar gaf prof. Dr. G.J. Oostindie middels een ‘respectvolle prikkelende drieluik’ zijn zienswijze op de banden tussen Suriname en Nederland die de afgelopen decennia onder druk is komen te staan. In het eerste deel keek hij terug op de geschiedenis van de Republiek Suriname en ging in op de knelpunten van beide landen. Zo stelde de hoogleraar vast dat aan Nederlandse zijde nog steeds geen onderzoek is verricht naar de interne politieke afwikkeling met betrekking tot het destijds genomen besluit Suriname te verzelfstandigen. ‘Hierdoor is er geen nauwkeurig beeld van dit deel van de staatsgeschiedenis te reconstrueren. En dat terwijl de geschiedschrijving van beide landen dat van ons verlangt en de latere generaties daar evenzo recht op hebben’, aldus Prof. Dr. G.J Oostindie.
Co-referent dr. Hans Ramsoedh belichtte vanuit een historisch perspectief de banden tussen beide landen. Hij merkte op dat de VHP tot nu toe weinig aandacht had voor het ontwikkelen van een visie t.a.v. het buitenlandsbeleid. Hij ging in op de belaste relatie tussen Suriname en Nederland en zag een kentering hierin die hij toeschreef aan de afnemende interesse van de derde generatie Nederlandse Surinamers in het land Suriname. ‘Deze generatie groeit op in een compleet andere omgeving en beziet Suriname als een exotisch oord waar ze weleens met vakantie terug gaan. Het is onvermijdelijk dat wanneer we niet in de generatie investeren de relatie tussen beide landen uiteindelijk zal vervagen’, aldus dr. Hans Ramsoedh.
De lezing werd afgesloten door de VHP voorzitter Chandrikapersad Santhoki. De voorzitter gaf de onlosmakelijke historische hechting van beide volkeren aan en wees de toehoorders op de plicht die hij voelde om de relatie tussen Suriname en Nederland blijvend te voeden. ‘Ik ben regelmatig in Nederland en in landen die een bondgenoot zijn van Suriname. Met Nederland heb ik een bijzondere band die ik in de toekomst verder wil uitbreiden. Het moet weer normaal worden dat onze kinderen óók kunnen studeren aan de Nederlandse universiteiten en hogescholen. Suriname vangt al vele Nederlandse stagiaires op. Deze weg moet we blijvend inslaan en wederzijds durven invullen’. De voorzitter van de VHP riep tenslotte op om samen met de Nederlandse regering te werken aan het opzetten van een structureel overleg om het wederzijds vertrouwen van beide landen te herstellen.
Het Wetenschappelijk Bureau van VHP Nederland kijkt terug op een geslaagde lezing waarin de transnationale banden tussen Suriname en Nederland goed zijn belicht door de inleiders. Het veelkoppig gehoor deed mee met het debat en wees de inleiders op de noodzaak om blijvend te investeren in de relatie tussen beide volkeren. De voorzitter van de VHP werd gevraagd om zich blijvend in te zetten, ook na de verkiezing, om beide naties weer tot elkaar te brengen.
VHP Nederland
Wetenschappelijk Bureau