‘De economische groei van Suriname is in de afgelopen tien jaar met indrukwekkende nummers gestegen. Het bruto binnenlands product (bbp) per inwoner is gestegen van $ 4.500 in 2005 naar U$ 10.200 in 2014. Dit, terwijl de jaarinflatie over juni 2014 slechts 2,2 procent was. De gunstige groeivooruitzichten van dit land op middellange termijn door ontwikkelingsmogelijkheden in de sector van natuurlijke hulpbronnen alsmede een toename van de diversiteit in de inkomsten basis, hebben de wereldwijde kredietwaardigheid van Suriname verhoogd. Zowel Moody’s als Standard & Poor’s (internationale ratingbureaus), hebben in de afgelopen zeven jaar hun rating over Suriname vier keer verhoogd (momenteel Ba3/BB).’ Economische en financiële beleidsmakers van Suriname zijn echter allesbehalve zelfgenoegzaam bij de beoordeling van hun omgeving. “De periode 2000-2010 werd gekenmerkt door een op stabiliteit gerichte beleid. Maar sinds 2010 wordt ons beleid gekenmerkt door een sterkere focus op de hervorming.” Dit zei de governor van de Centrale Bank van Suriname(CBvS), Gillmore Hoefdraad, vorige week in een interview met de Washington Times.
Belast met de verantwoordelijkheid van de monetaire autoriteit en het financiële systeem van Suriname, is de CBvS een belangrijke drijvende kracht achter de groei van het land. Zij brengt stabiliteitgerichte hervormingen die inherent nodig zijn voor een economie die steeds meer te maken krijgt met de wereldhandel en kapitaalmarkten. “We moeten de uitdagingen van de veranderingen in het mondiale financiële systeem, de toenemende complexiteit van ons eigen systeem en de koppelingen met de wereld aanpakken”, aldus Hoefdraad. Een belangrijk onderdeel van de financiële stabiliteit is de gezondheid, kracht en transparantie van de tussenpersonen die de financiële stromen tussen de publieke en de private kredietverstrekkers en kredietsluiters in de sector vergemakkelijken.
70% van financiële activa zit bij de commerciële banken
Commerciële banken zijn van oudsher de belangrijkste spelers in het financiële stelsel van Suriname. Momenteel beheren deze banken ongeveer 70 procent van de totale financiële activa van het land. In 2011 vaardigde de CBvS een wetgeving, door middel van een nieuwe Wet Toezicht op Bank- en Kredietwezen, met als doel Suriname te brengen op de internationale best practices op belangrijke gebieden zoals de minimale kapitaalvereisten, risicoclassificatie van activa, voorzieningen voor non-performing kredieten, blootstellingsconcentraties en insideractiviteiten. Terwijl de naar risico gewogen solvabiliteitsratio’s voor Suriname en het bankwezen boven het geldende internationale minimumniveau van acht procent zijn, dient de nieuwe wetgeving als een middel om het adequaat niveau nog hoger te brengen. Naast deze maatregelen, merkt Hoefdraad op dat de bank een op risico’s gebaseerde aanpak van haar toezichtactiviteiten heeft aangenomen. De bank gebruikt de ‘Basel Core Principles for Effective Banking Supervision’ als leidraad voor het beheer van de liquiditeit, de markt, en operationele en andere belangrijke risico’s voor de financiële instellingen. Deze begeleiding strekt zich ook aan strengere normen voor corporate governance.