De minister van Onderwijs en Volksontwikkeling, Ashwin Adhin, heeft onlangs een werkgroep ingesteld ter evaluatie van het project schoolrijpe kinderen en het opzetten van het Bureau Voorschoolse Educatie. Het Bureau Voorschoolse Educatie is belast met het monitoren en stimuleren van Early Childhood Development (ECD). Het gaat voornamelijk om de kinderen binnen de leeftijdsklasse van 2,5 jaar tot 9 jaar. De heer drs. Harry Mungra, klinische psycholoog en orthopedagoog, is voorzitter van de werkgroep. Mw.dr. Marian Kats, arts en ECD specialist, zal functioneren als ondervoorzitter. Verder zitten in de werkgroep ook nog Gabrielle Kenswil als taaldeskundige, Hugo Blanker voor de communicatie, drs. Rika Echteld, orthopedagoog, en drs. Eartha Baarn, projectleider op het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling.
De eerste levensjaren van het kind zijn volgens minister Adhin ontzettend belangrijk. ‘In de vroege levensjaren ontwikkelen de hersencellen zich snel en in die periode wordt de basis gelegd voor de cognitieve, sociale en emotionele ontwikkeling van het kind. De optimale ontplooiing van de potentie is hier van eminent belang. Het is verder wetenschappelijk bewezen dat de eerste levensjaren van het kind het fundament vormen voor het verdere verloop van de ontwikkeling. ‘Het Bureau zal zich buigen over het maken van criteria, waaraan een peuterschool bij de opzet moet voldoen, het maken van een concept curriculum voor de voorschoolse educatie en ervoor zorgdragen dat de voorschoolse educatie is opgenomen in de wet van het Basisonderwijs. Het maken van beleid voor instanties en projecten gerelateerd aan peuters, zoals prey skoro, peuterscholen, schoolrijpe kinderen en Early Childhood Development, zal ook vallen onder dit bureau.
Het Bureau Voorschoolse Educatie zal er naartoe streven preventief te handelen in het verzekeren van adequaat onderwijs, bescherming van het jonge kind en ondersteuning en begeleiding van ouders en verzorgers voor de optimale ontwikkeling van het kind. Verder het bieden van vroegtijdige en professionele hulp aan alle kinderen met een ontwikkelingsachterstand, ontwikkelingsstoornis of beperking en het garanderen van de participatie in het gezin, familie en de omgeving alsook in het probleemloos doorlopen van het basisonderwijs.