Nationaal en internationaal onderzoek wijst uit dat Suriname achterloopt wat betreft vrouwen in besluitvormende posities. Dit blijkt ook uit een regionale studie, uitgevoerd in de periode november 2013-maart 2014. Deze studie was gericht op vrouwen in de politiek en is verricht door Annette Tjon Sie Fat en Monique Essed- Fernandes. Deze twee onderzoekers geven aan dat het onderzoek aanvankelijk gepland was voor drie maanden. Maar het is uitgelopen tot vijf maanden, omdat het onderzoek niet alleen in het Caraibisch gebied en Suriname is gedaan, maar ook in Haïti. Verder betrof het onderzoek niet alleen vrouwen in het parlement, maar ook vrouwen in de regering en de rechterlijke macht.
Alle Caricomlanden hebben zich middels het Verdrag inzake de Uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen, gecommitteerd om minstens 30% van de bestuursfuncties in de politiek en het bedrijfsleven door vrouwen te doen invullen. Op een gegeven moment kijk je naar het percentage vrouwen in de bevolking. De Surinaamse bevolking bestaat uit 50% vrouwen. ‘Vrouwen moeten op de verkiesbare plaatsen geplaatst worden’, meent Essed. ‘Zij worden niet door de partij op zo een plaats gezet.’ De partijpolitiek op zich is een probleem in de hele regio. De vrouwen, zo ook de mannen moeten het afdwingen van politieke partijen om minstens 30% van de vrouwen op de lijsten te plaatsen. Op ressorts- en districtsraadsniveau heb je wel 30% vrouwen in het bestuur, zeggen de onderzoekers. Op parlementair niveau niet. Het aantal gekandideerde en gekozen vrouwen in DNA en het aantal vrouwelijke ministers is teleurstellend. Suriname heeft momenteel 13,7% vrouwelijke parlementariërs.
Haïti is niet alleen een van de armste landen, maar ook een van de landen waar vrouwen het slechts vertegenwoordigd zijn, vertellen de onderzoekers Tjon Sie Fat en Essed. ‘In het Haïtiaanse senaat hebben ze helemaal geen vrouwen’, zegt Tjon Sie Fat. In 2012 heeft Haïti een constitutie aangenomen, waarin is opgenomen dat er 30% vrouwen in alle instituten van de overheid moeten komen.
Farzana Abdoel
