Om huiselijk geweld binnen de samenleving te minimaliseren heeft de stichting Cultuureducatie het initiatief genomen om een poster te ontwerpen. Deze werd gisteren door de stichting aangeboden aan first lady Ingrid Bouterse-Waldring. ‘Ik vindt het erg dat vrouwen mishandeld worden. Een vrouw moet je lief hebben, een vrouw moet je op handen dragen’, zegt de presidentsvrouwe. Zij geeft aan dat mannen vaak onder invloed van alcohol of door druggebruik overstappen tot het mishandelen van hun vrouw. ‘Mannen moeten hun handen in hun zakken houden. Ze worden genoeg gestraft en toch gaan ze door. Als gemeenschap moeten we met de mensen praten over hun problemen, zodat het wat minder wordt’, vertelt zij verder aan Dagblad Suriname. Dinsdag heeft een militair eerst zijn vriendin en daarna zichzelf doodgeschoten. ‘Een wapen is makkelijk als je het bij je hebt’, vertelt Bouterse-Waldring. ‘Als de man heel erg boos en opvliegend is, pakt hij dat wat voorhanden is. Heren als je boos bent loop weg, ga uit het huis totdat je gekalmeerd bent. Na gekalmeerd te zijn zie je dingen weer anders. Een vrouw is om van te houden’, benadrukt de first lady.
Broer ik bedoel jouw, jij zuipt te veel
De poster is door Patrick Tjon Jauw Chong ontworpen, op verzoek van de stichting. ‘Een maatschappelijk vraagstuk probeert men te vertalen in een boodschap door middel van zo een poster’, vertelt Patrick. Op de poster is er een een slagzin gegeven, vanuit stichting Cultuureducatie. Er wordt heel veel gedaan in verband met huiselijk geweld. ‘Ik heb het een beetje minimalistisch gehouden om toch wel een boodschap in verband met ‘stop huiselijk geweld’ naar voren te brengen.’ Er staan twee slagzinnen op de poster. Er kunnen meerdere talen komen op de poster. Hierbij moeten er meerdere versies worden ontworpen, geeft kunstenaar Patrick aan. ‘Een poster met twintig talen lukt niet.’ Voorzitter Benjamin Mitrasing zegt dat de stichting in eerste instantie heeft gekeken naar dat wat haalbaar en betaalbaar is. ‘De stichtng krijgt geen subsidie, maar werkt vrijwillig.’ In een Lalla Rookh bulletin van de Stichting Lalla Rookh Nederland, eind jaren ’80 en begin jaren ’90 heb heeft Mitrasing de twee slagzinnen die op de poster staan, overgenomen. De tweede slagzin staat in het Sarnami. ‘Ik kies voor Sarnami, omdat ik de hand in eigen boezem steek’, geeft de voorzitter van de stichting aan. Hij geeft aan dat huiselijk geweld het meest bij Hindoestanen voorkomt. Ieder ander die zo een poster in zijn taal wil moet de slagzin brengen voor de stichting en de stichting zal deze poster kosteloos maken. ‘Aan de Hindoestaan zeg ik: broer ik bedoel jouw, jij zuipt te veel. Ik breng de boodschap, omdat ik me schaam.’
‘De Hindoestaanse vrouw moet zelf iets doen om uit de situatie te komen’, vertelt Mitrasing. ‘Ze moet zichzelf verdedigen door haar situatie kenbaar te maken aan de justitie. Zij is te zwijgzaam en verlegen voor haar situatie. Ondertussen leidt ze eronder met zelfmoord als gevolg. Ook is ze economisch afhankelijk van de man’, aldus Mitrasing. Stichting Cultuureducatie houdt zich bezig met het ontwerpen en vormgeven. ‘De posters worden verdeeld wanneer grote bedrijven deze voor hun personeel kopen’, zegt Mitrasing. Momenteel is de stichting bezig om een schoolkalender te ontwerpen. Hiertoe wil ze sponsors benaderen.
Farzana Abdoel