De retoriek tegen de Chinese invasie is helemaal verstomd in Suriname. Onze Surinaamse economie wordt geleidelijk aan overgenomen door Chinees kapitaal. Enkele jaren terug was er hiertegen nog kritiek door voornamelijk oppositiepartijen. Beide uitersten van het politieke spectrum hebben hun deel aan het voltrekken van het Chinees imperialisme in ons land met een bescheiden economie, maar relatief imposante milieupotenties. Met name heeft de huidige oppositie minder om tegen te ageren, omdat de bestendiging van de Chinese invasie plaatsvond onder Venetiaan-Sardjoe. Door dit kabinet werd de Chinese invloed in het land onomkeerbaar gemaakt. We zullen het vaker blijven herhalen: volgens een uitgelekte cable te lezen op Wikileaks kwam de toenmalige USA-ambassadeur tot de conclusie dat het een strategie van de NPS-president betrof om de ruggengraat van de VHP te breken en dat nota bene met medeweten van de VHP-top, die beslist niet op haar achterhoofd was gevallen. Tot deze conclusie kwam ook een Surinaamse professor, die politiek noch met de NPS noch met de VHP iets van doen had. Recent is weer aan de orde de zogenaamde nieuwe wereldorde die nu de Brics-landen (Brazilie, Rusland, India, China en Zuid Afrika) tot stand willen brengen, met in hun kielzog een aantal andere ontwikkelingslanden waaronder de Zuid-Amerikaanse aangesloten bij de Unasur en de Afrikaanse landen. Van de Brics-landen is beweerd dat deze de orde in de wereldeconomie zullen veranderen vanwege hun economische groei. Inmiddels is deze weer hier en daar gaan temperen, maar daags terug is door deze landen de Nieuwe Ontwikkelingsbank (New Development Bank: NDB) en een reservefonds (Contingency Reserve Arrangement; CRA) opgezet om als tegenhanger te dienen voor het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank. De IMF- en Wereldbankrecepten hebben in de jaren ’90 heel wat kritiek ondervonden in de ontwikkelingslanden vanwege hun benadering op afstand zonder oog voor de situatie op de vloer voor de massa, zo ook in Suriname toen het bittere SAP werd uitgevoerd. Ook in het nieuwe millennium is er zelfs in de VN-organisaties die een sociale agenda eropna houden, kritiek geuit op het IMF en de Wereldbank. Men vond eerst dat het zaligmakend geachte concept van economische groei nog niet per se betekende dat er sociaal op de vloer vooruitgang werd geboekt in het leven van de burgers. Een laatste kritiek was o.a. op de bezuinigingen die werden aanbevolen zonder acht te slaan op bijvoorbeeld banencreatie. Een recente opmerking is ook dat er andere manieren moeten komen om de economische toestand van een economie te kunnen bepalen, waarbij niet alleen gekeken wordt naar de economische groei. De onderhandelingen voor de oprichting van een ontwikkelingsbank en een reservefonds begonnen in 2012. Het reservefonds CRA zal 100 miljard US dollar bevatten en bedoeld zijn om de leden in crisis bij te staan. Ter vergelijking, het IMF heeft een kapitaalreserve van 9 maal meer met ca. 930 miljard US dollar. De Brics-landen vertegenwoordigen in totaal 40 procent van de wereldbevolking en bezitten samen 4.400 miljard dollar aan buitenlandse deviezen. Economen vrezen dat binnen de Brics onevenwichtigheid zal ontstaan vanwege het feit dat de inbreng ook verschillend zal zijn. Zo zal China – het land met de grootste voorraad valuta – in de CRA een bijdrage doen van 41 procent, dus in schril contrast met Zuid Afrika die 5 procent bijdraagt. Brazilië, Rusland en India dragen elk 18% bij aan het totaal. Deze percentages zijn gebaseerd op de economische schaal van de betrokken landen. Meer evenwicht zal er zijn bij de NDB. Daar is er sprake van gelijke aandelen ter waarde van 10 miljard US dollar voor elk land. Alle 5 landen hebben gelijk stemrecht. De drijfveer van de Brics-landen is een streven naar meer macht (aandeelhouderschap) en zeggenschap (stemrecht) in internationale economische organisaties. Immers, de Bretton-Woods-afspraken van 1944-1945 die leidden tot de oprichting van (de voorlopers van) de Wereldbank en het IMF zijn in grote lijnen op dit stuk onveranderd gebleven. Op het presidentschap van de Wereldbank en het IMF ligt zo een monopolie van de USA en West Europa. Nu is het de bedoeling om de met de CRA de rol van het IMF op termijn uit te hollen. Een belangrijke aanleiding zou zijn het vermogen van het Congres in de USA om gewenste hervormingen bij het IMF (hervorming aandeelhouderschap ten faveure van opkomende industrieën) te blokkeren. Maar ook landen met een kleinere economie vergeleken met bepaalde Brics-landen zoals Nederland kunnen succesvol dwars liggen bij deze hervormingen. Met de CRA wordt ernaar gestreefd minder afhankelijk te zijn van het IMF en de Wereldbank. Er zijn echter economen die betwijfelen of de CRA zal werken, vanwege een schaarste aan middelen. Die zouden alleen voor Brazilië al onvoldoende zijn. Bovendien wordt gezegd dat de rol die nu de VS in het IMF heeft, veel kleiner is dan de rol die China in de CRA zal krijgen. Dit kan een aanleiding zijn voor interne conflicten onder de Brics-landen. De eerste president van de NDB zal uit India afkomstig zijn volgens de laatste afspraken en wel voor 5 jaar. Daarna wordt de functie door Brazilië overgenomen. Tegelijkertijd wordt nu door de Brics-landen gepusht de zogenaamde quotahervormingen bij het IMF. Dit komt neer op veranderingen wat betreft het aandeelhouderschap. Het gevolg daarvan zal zijn dat opkomende landen zoals de Brics-landen meer stemgewicht krijgen binnen het IMF en gevestigde landen (USA en West Europa) invloed verliezen. Gisteren is de Brics-Unasur Summit gehouden om kennelijk af te stemmen en de coalitievorming te bevorderen. Voor Suriname kan de NDB en de CRA van belang zijn, omdat het alternatieve vormen van kapitaalbronnen kunnen worden. We blijven hiermee echter op het spoor van de dreigende Chinese invasie die onoverkomelijk lijkt.