Dankzij het Algemeen Bureau voor de Statistiek (Censuskantoor) kunnen wij betrouwbare gegevens ter beschikking krijgen voor een luttel bedrag. Deze betrouwbare gegeven zijn van eminent belang voor ministers, assembleeleden, rr-, dr-leden, leerkrachten, schoolbibliotheken, leerlingen, studenten, docenten, schrijvers, journalisten, districtscommissarissen, bestuursambtenaren en allen die meer willen weten over de sociaaleconomische positie van de Surinamers in het algemeen. Vooral politici hebben deze betrouwbare gegevens nodig om beleid te maken. Als geograaf ga ik vaker naar het ABS (Censuskantoor) om de recente gegevens te kopen voor mijn eigen archief. In dit artikel zal ik het aantal personen van Nickerie naar wijze van betaling van ziektekosten in beeld brengen.
Tabel 1. Betaling ziektekosten van de Nickerianen
Betaling van ziektekosten Totaal Betaling van ziektekosten Totaal
SZF verplicht 7.423 Andere verzekeraar via werkgever 1.354
SZF particulier 1.218 Andere verzekeraar vrijwillig verzekerd 481
SZF vrijwillig verz. 561 Rechtstreekse betaling ( geen verzekering 2.922
Medische Zending 15 Anders 305
Sozavo (onvermogen) 4.186 Onbekend 1.477
Sozavo (minvermogen) 14.291 Totaal 34.233
Bron: ABS (Census 2012)
Als wij kijken naar de on- en minvermogenkaarten (Sozavo), welke door Sociale Zaken in Nickerie uitgegeven is, komt dit neer op een totaal van 4.186+ 14.291=18.477 personen ( zie tabel 1). Als wij kijken naar de totale bevolking van Nickerie, dan is dat in procenten uitgedrukt (18.477 / 34.233) X 100%= 53.97 % (afgerond 54%). Heel eenvoudig uitgedrukt komt dit erop neer dat 54% van de Nickeriaanse bevolking, wat hun medische zorg betreft, afhankelijk is van het ministerie van Sociale Zaken. Voor mij is dit één van vele indicatoren om aan te tonen dat het minder goed gaat met de economie van Nickerie. In 2004 wat was de situatie in Nickerie voor on- en minvermogenkaarten 45.57% (zie boek: “Het district Nickerie in ontwikkelingsperspectief, H.Ramadhin 2004; bladzijde 158). Hoe armer een samenleving wordt, des te meer zijn zij van de overheid afhankelijk. Al die mooie verhalen die men op de wijkvergaderingen vertelt dat er geweldige ontwikkelingen in Nickerie zijn, verwijs ik naar het Rijk der Fabelen.
Sociaal zekerheidsstelsel
De overheid is bezig het leed van de arme Surinamers te verzachten door een sociaal zekerheidsstelsel in elkaar te stampen. Wij zijn blij dat arme mensen een beter bestaan kunnen hebben, maar daarmee onderstreept de overheid dat de armoede erg groot is in Suriname. De overheid geeft zichzelf een brevet van ongeschiktheid. Wij moeten geen vis vangen en aan de Surinamers geven, maar wij moeten een integraal beleid ontwikkeling om de Surinaamse burgers leren om zelf vis te vangen. Wij moeten meer arbeidsplaatsen creëren voor de werkende Surinamers. Wij importeren mensen uit Azië en zij creëren geen arbeidsplaatsen voor de Surinamers. Zij zijn allemaal in de handelssector en alle winsten die zij maken, worden weer geëxporteerd naar hun moederland. Wij krijgen in plaats van ontwikkeling en werkgelegenheid meer kapitaalvlucht wat niet goed is voor Suriname, wat niet goed is voor ons land en voor ons nageslacht.
Rijstboeren betalen per jaar 19.8 miljoen aan government take
De rijstboeren betalen op jaarbasis alleen aan government take aan de overheid SRD 19.800.00,00. Dit bedrag is als volgt tot stand gekomen. Per seizoen wordt er gemiddeld 30.000 ha ingezaaid. Per ha wordt voor de rijstbouw 165 liter diesel gebruikt. De government take per titel is SRD 2,00. Op jaarbasis wordt het dus: 60.000 ha X 165 liter diesel per ha X SRD 2,00= SRD 19.800.000,00. De regering Bouterse /Ameerali wil Suriname tot de agrarische schuur maken. Wij willen allen dat hebben. Zonder ondersteuning aan de boeren zal ook die droom van de regering in de onderste laag van dampkring (in de troposfeer) blijven hangen. Men moet op de wijkvergaderingen niet met loze kreten komen en allerlei droomverhalen vertellen en arme mensen een worst voor de mond houden van 2000 kavels. De government-take voor de rijstbouw moet afgeschaft worden en daarmee kan de overheid de rijstverbouwers een behoorlijke push geven om de productie op te voeren. In het verleden heeft een parlementariër ( 2000-2010), een goede vriend van mij, 10 jaren lang achterelkaar in het parlement voor de rijstboeren gestreden voor subsidie en nogmaals subsidie. Deze vriend van mij zwijgt nu in alle talen over subsidie en nu praat hij over productschap. De mens is over het algemeen een product van zijn eigen omgeving en kan na jaren ook van visie /zienswijze veranderen en daarvoor moeten wij respect hebben.
Hardeo Ramadhin