‘No wangs skowtu no ai tjaar mi gwe’

In de strafzaak waarbij de verdachte Siegfried A. terecht staat voor mishandeling van een politiemajoor bij een sportwedstrijd, heeft kantonrechter Robert Praag nog twee getuigen gehoord. De eerste getuige gaf aan dat hij de tafelofficial was tijdens de zaalvoetbalwedstrijd op de bewuste dag van 5 december 2013 en dat hij vanwege zijn zitplaats niets heeft kunnen waarnemen. De tweede getuige die als scheidsrechter had gefungeerd, gaf aan dat hij de verdachte had gevraagd om naar de tribune te gaan. Toen de verdachte dat weigerde, besloot hij om assistentie van de politie in te roepen. De scheidsrechter keerde zich om en zag tot zijn schrik een menigte van supporters het veld oprennen. Gelukkig hebben veiligheidsmannen van een security bedrijf hem kunnen beschermen. De getuige gaf aan ook niet gezien te hebben of de verdachte inderdaad zou hebben geslagen. Hij hoorde later dat de verdachte een majoor van politie had geslagen. ‘No wang skowtu no ai tjaar mi gwe’, schreeuwde hij tegen de agenten.
Het Openbaar Ministerie kwam uiteindelijk toch tot wettig en overtuigend bewijs dat de verdachte het slachtoffer zou hebben geslagen en dat hij zich tegen de politie zou hebben verzet. Hiervoor vorderde men een geheel voorwaardelijke straf van vier maanden. De verdachte ontkende de majoor bewust een vuistslag te hebben toegebracht. Hij gaf aan dat het de wetsdienaar was die hem eerst had geklapt. Hij probeerde de arm van de politieman weg te slaan en zou per ongeluk het gezicht van de agent hebben geraakt. De verdachte gaf aan dat de majoor geen reden had om hem te klappen. Volgens raadsman Oscar Koulen bestaat de mogelijkheid dat de majoor door iemand anders is geslagen, omdat het ‘een drukte van jewelste’ was op het veld. Bovendien zouden politiemannen te gemakkelijk gebruik maken van de regels inzake weerspannigheid. Op 23 juli wordt vonnis gewezen.
FR

error: Kopiëren mag niet!