Ronnie Asabina van de BEP-fractie wil dat de regering duidelijkheid geeft over het begrip ‘partner’ in de ‘Algemeen Pensioen Wet’. Indien de wet wordt aangenomen, maken ‘partners’ ook recht op het pensioen van de overleden deelnemer.
Asabina wil concreet weten als personen die een duurzame homoseksuele relatie onderhouden en ook samenwonen, in aanmerking zullen komen voor pensioen.
In de Wet staat het volgende:” Het recht op partnerpensioen heeft de partner van een overleden deelnemer, indien het huwelijk of de duurzame gemeenschappelijke huishouding was aangegaan: a. ten minste vijf jaren voorafgaand aan het overlijden van een deelnemer en b. ten minste vijf jaren vóór het bereiken van de pensioenleeftijd door een deelnemer.
Asabina stelde bij wijze van interruptie de vraag als dan “ een vrouw een duurzame relatie heeft met een vrouw of een man een duurzame relatie met een man” zij volgens de wet geacht worden te zijn ‘partners’ en dus ook vallen onder die regeling. Anton Paal van de PALU vindt dat het begrip ‘partner’ niet gender-gebonden is en dat die personen dus ook onder de wet vallen.
Ruth Wijdenbosch van de NF-fractie vindt dat er geen onderscheid gemaakt moet worden. Zij zegt er helemaal geen moeite mee te hebben dat homoseksuelen en lesbiennes ook in aanmerking komen voor partnerpensioen.
SM
