De strafzaak van de twee directieleden van Surpost, Carlo Godlieb en Steve Ravenberg, lijkt wel een gebed zonder einde. De strafzaak werd woensdag voor de achtste keer uitgesteld. Ondertussen hebben de directieleden genoeg verdiend aan Surpost. “Het personeel is altijd bestolen en onderdrukt. Aan ons werd steeds gezegd dat er geen geld is, terwijl zij zich constant aan het verrijken waren”, zegt een werknemer aan de krant. “Dat zij strafrechtelijk vervolgd worden is geen verrassing voor het personeel, het was eerder een kwestie van tijd. Wij willen vechten voor het geld dat zij gestolen hebben van het bedrijf. Alle gelden moeten teruggevorderd worden en ten goede van het personeel komen.”
Malversaties op malversaties
De laatste jaarrekening van het bedrijf dateert van 2003. “Dat was onder minister Hildenberg. Die had de directie gelijk gewezen op het wanbeleid en daarna werd er nooit meer een jaarrekening geproduceerd”, zegt de werknemer. Het accountantskantoor dat belast was met de jaarrekening trok ook meermalen aan de bel. In 2006 werd aan de toenmalige directeur Godlieb gevraagd om de leningen en voorschotten die via de cambio van Surpost waren verstrekt, op te nemen in een leningsovereenkomst. Het bleek dat een bedrag van in totaal SRD 200.190 was verstrekt aan verschillende personen, zonder dat er enig onderliggend stuk hiervoor was. Godlieb was de grootste begunstigde met SRD 68.920. Bij het opnemen van deze bedragen in een leningsovereenkomst zou het accountantskantoor de jaarrekening van 2004 kunnen afsluiten. In 2007 was met deze aanbeveling nog niets gedaan. Er waren nog meer voorschotten en leningen verstrekt. Nu stond de balans op totaal SRD 314.409 en zou Godlieb zich hebben verrijkt met SRD 266.443. De accountant deed de directie een managementletter toekomen met aanbevelingen, zodat de jaarrekening van 2004 op correcte wijze kon worden afgesloten. Ook hieraan gaf de directie geen gehoor. Tevens werden andere onregelmatigheden geconstateerd. Zo werden afgeboekte zegels weer in het bestand teruggevonden. De verschillende rekening-courant verhoudingen werden niet systematisch en periodiek afgestemd. De bij de aankopen behorende facturen konden niet overgelegd worden aan de accountants en werden er geen kostprijscalculaties gemaakt.
In 2002 sloot Surpost voor de uitgifte van alle postzegels, plakzegels, first day covers, mapjes en stempels een overeenkomst met Parbocarib Trading. Parbocarib kreeg voor een periode van twintig jaar exclusieve rechten voor de productie van zegels en andere filatelistische materialen. Nader onderzoek wees uit dat Godlieb en Ravenberg aandeelhouders waren van Parbocarib. De overeenkomst werd met Van Reijen International Agencies gesloten, waarbij 40% van de aandelen toebehoren aan Surpost, 30% aan Van Reijen en 30% aan Godlieb en Ravenberg. Godlieb tekende deze overeenkomst als directeur of ex-directeur van Surpost, als directeur van Parbocarib en in privé. De overeenkomst waarop Godlieb in 3 hoedanigheden heeft getekend, heeft de raad van commissarissen niet van stuk gebracht. Integendeel heeft het ministerie van Financiën miljoenen in Surpost gestopt, terwijl simpele financiële afrekeningen niet geproduceerd konden worden.
Delen in de financiële koek
In 2010 ging de directie een overeenkomst aan met Khemraj Nanhu uit Trinidad voor het verrichten van financiële diensten. Nergens kan er een terms of reference worden gevonden waaruit blijkt wat deze financiële diensten inhouden. Wel werd in de overeenkomst opgenomen dat de inkomsten begroot op US$ 778.000 verdeeld zullen worden tussen drie personen namelijk: Nanhu, Godlieb en Ravenberg. Het bleek dat de directieleden zichzelf als consultant van het bedrijf waarin zij de directie voerden, hadden ingehuurd. Nanhu verplichtte zich om elk van de directieleden US$ 258.333,30 te betalen. Voor alle overeenkomsten boven SRD 100.000 is de toestemming van de rvc nodig. Gevoeglijk mag dus worden aangenomen dat de rvc heeft goedgekeurd dat de directieleden van Surpost zichzelf als consultants hebben aangehuurd binnen hetzelfde bedrijf.
Nieuwe directeur
Ondertussen heeft Surpost voor SRD 25.000 per maand plus bedrijfsauto een nieuwe directeur. De werknemers geven dat het voor hen niet duidelijk is of deze directeur voor het personeel zit of voor zijn riante vergoeding. Vreemd is dat Surpost een directeur aantrekt tegen eerder vermelde vergoeding, terwijl het bedrijf dit financieel niet kan dragen. Uit een beschikking van het ministerie van Financiën blijkt dat het salaris van de nieuwe directeur door Financiën moet worden overgemaakt. De beschikking stelt “dat het Surinaams Postbedrijf thans niet over genoeg financiële middelen beschikt om de uitbetaling t.b.v. het salaris van de directeur van Surpost over het derde kwartaal 2013 te voldoen”. Dat “ter voorkoming van arbeidsonrust heeft de minister van Financiën besloten om in te komen met een bedrag van SRD 75.000 om de bovenvermelde uitgaven te realiseren”. Niet duidelijk is welke arbeidsonrust hier bedoeld wordt. In ieder geval is het personeel niet uit de pinarie geholpen. “Het gebouw op Kerkplein staat op instorten”, laat een werknemer weten. Het personeel wil het bedrijf redden, maar het lijkt dat niemand geïnteresseerd is hierin. “Wij zijn radeloos”, laat de werknemer optekenen.