Eerder deze week is de houtsector om de tafel geweest met de beleidsmakers van het land om de concessierechten en exploitatieheffingen te reguleren. ‘Het was een goed gesprek, waarbij het Kabinet van de President veel informatie heeft ingewonnen’, aldus Andre Soeltansingh van de Algemene Hout Unie (Ashu). Enige tijd geleden was er in de houtsector ongenoegen over de prijsstijging van concessierechten en exploitatieheffingen. Deze zijn namelijk respectievelijk SRD 20 en SRD 5 per hectare. Deze kosten werden door de Ashu als onmogelijk ervaren. Eerder liet Soeltansingh dan ook weten dat een bonafide concessionaris deze kosten niet kan dragen.
Aangezien de vicepresident niet van plan was om de beschikkingen terug te draaien, deed de Hout Unie het voorstel om een commissie in te stellen en te onderzoeken hoe de hoog de prijs op concessierechten kon worden gesteld. Hier werd niet op ingegaan. Zo kwam het dat een voorstel naar de president ging, waarbij werd aangegeven dat de houtsector het niet eens was met de recente prijsverhoging. Daarnaast werd een petitie getekend door concessionarissen en werd een bundeling gemaakt met de Platform Hout Sector (PHS), de Kamer van Koophandel en Fabrieken (KKF), de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB) en de Associatie van Surinaamse Fabrikanten (Asfa). De actie werd opgesteld nadat vast kwam te staan dat ‘een heleboel mensen al dan niet opzettelijk op het verkeerde been waren gezet’, aldus Soeltansingh.
De Ashu en PHS hadden daarnaast voorlopig gesteld om niet te betalen en via een modelbrief – die verspreid is onder de concessiehouders – te reageren op aanmaningen. Deze aanmaningen zouden worden uitgegeven door de Stichting voor Bosbeheer en Bostoezicht (SBB). Het KKF reageerde hierop door te vermelden dat er geen wetten bestaan om onbehoorlijk bestuur aan de kaak te kunnen stellen. Door de actie zijn de aanmaningen ‘naar mijn informatie nog niet verstuurd’, aldus Soeltansingh. Wanneer de besprekingen worden voortgezet, is nog niet zeker. Misschien wordt het begin volgende week. ‘Wanneer ze me bellen om de besprekingen voort te zetten, dan kunnen we de volgende dag dat al doen’, liet Soeltansingh weten.