Openbare aanklager Astrid Niamat zei op de rechtszitting donderdag dat er wel een causaal verband bestaat tussen de dood van het slachtoffer en de gedragingen van de verdachte Fayzel. Dit verband heeft de officier met feiten en bewijzen trachten aan te tonen. De verdachte wordt verweten zijn vriendin om het leven te hebben gebracht. Het OM voerde aan dat Fayzel zijn vriendin, die vanwege zijn mishandelingen de rivier inrende, in hulpeloze toestand heeft achtergelaten. De verdachte heeft steeds verschillende verklaringen afgelegd bij de politie en ter terechtzitting. Daarnaast was hij bang om de politie in te schakelen, omdat zijn vader en zijn vrouw erachter zouden komen dat hij een relatie had met het slachtoffer. De tas met inhoud van het slachtoffer gooide hij in het Saramaccakanaal. Ook haar mobiel werd weggegooid. Verder bleef Fayzel M. op het mobielnummer van het slachtoffer bellen, zodat de politie hem niet zou vermoeden. Niamat acht doodslag bewezen.
Slachtoffer vertoonde suïcidaal gedrag
De raadslieden, Lilawatie Punwasi en Robby Denz, pleitten elk voor vrijspraak voor hun cliënt Fayzel, tegen wie het Openbaar Ministerie (OM) doodslag bewezen heeft geacht en daarvoor een onvoorwaardelijke celstraf van tien jaar heeft geëist. Fayzel M. wordt ervan verdacht zijn vriendin, Stephani Jalil, van het leven te hebben beroofd. Het stoffelijk overschot van Jalil werd op 19 juli 2012 aan de oever van de Surinamerivier aan de Anton Dragtenweg aangetroffen. Dit leidde tot opsporing en aanhouding van de verdachte Fayzel. Volgens de advocaten worden de beschuldigingen tegengesproken door de verdachte. Punwasi merkte tijdens haar pleidooi op dat de verklaringen van de zus, zwager en broer van het slachtoffer zijn opgeblazen. Er was inderdaad een wrijving tussen de twee geliefden, maar niet zo heftig zoals wordt beweerd.
Het OM concludeert dat de verdachte het slachtoffer zou hebben mishandeld en vervolgens in de rivier zou hebben gedumpt. De doodsoorzaak is door de patholoog-anatoom vastgesteld. Er is sprake geweest van dood door verstikking als gevolg door verdrinking. Een zus van het latere slachtoffer deed aangifte van vermissing bij de politie. Na goed intensief speurwerk kwam de verdachte in beeld. Fayzel verklaarde bij de politie dat hij zijn vriendin bij een schoenenwinkel had opgehaald. Nadien drong Stephani bij hem om SRD 400. Daar hij haar nadrukkelijk te kennen gaf dat hij niet in staat was haar financieel te ondersteunen, raakte het slachtoffer verhit en begon naar zeggen van de verdachte tekeer te gaan. Fayzel stopte toen langs de Anton Dragtenweg, waarna Stephani uit de wagen stapte en naar de oever van de rivier liep. Vervolgens stapte Fayzel ook uit de wagen. Zij raakten wederom verwikkeld in een woordenwisseling. Stephani sprong in de Surinamerivier om te ontkomen aan de mishandeling. De tas van het slachtoffer was nog in de auto van de verdachte. Hij gooide die tas later in het Saramaccakanaal.
Volgens de raadslieden had het slachtoffer reeds drie pogingen tot zelfmoord gedaan. De eerste keer had zij via de platte brug getracht zich van kant te maken. Nadien had zij een aantal pillen van haar vriend Fayzel ingenomen en de andere keer had zij haar pols doorgesneden. De politie heeft echter deze zaken niet verder uitgezocht, zei Punwasi. Advocaat Denz gaf aan dat in de tenlastelegging de openbare aanklager de verdachte geen doodslag ten laste heeft gelegd. Hij verzocht daarom de rechter om Fayzel van de gehele tenlastelegging vrij te spreken. Beide advocaten vroegen om uitstel in deze zaak, die op 19 juni verder wordt behandeld.