Enkele teleurgestelde brigadiers beschuldigen de minister van Justitie en Politie, Edward Belfort, ervan dat hij zijn vrienden accommodeert door ze toe te laten tot de inspecteursopleiding. “Dit is je reinste vorm van vriendjespolitiek”, geven de gedupeerden aan. Gisteren zijn de brigadiers G. en W. begonnen op de Inspecteuropleiding. G. en W. waren samen met de huidige minister te werk gesteld bij het A-Team. Deze twee brigadiers waren ook betrokken bij de diefstal van de 80 kilogram cocaïne uit het magazijn van het A-team. In verband hiermee waren de brigadiers G. en W. ook buiten functie gesteld. De minister had in een eerder stadium deze twee vrienden van hem opgebracht voor deze opleiding, echter stuitte hij op verzet van de korpschef vanwege de dienststaat van deze twee brigadiers. Op 22 mei 2013 liet de korpschef weten dat W. niet voldoet aan de toelatingseisen voor deze opleiding. Eveneens werd aangegeven dat het succesvol afronden van verschillende trainingen, geen equivalent is voor een middelbare schooldiploma. Uiteindelijk begon W. in april dit jaar een kort geding contra de Staat Suriname, waarbij hij zijn toelating tot de opleiding eiste. Hij stelde dat de korpschef zonder opgaaf van deugdelijke redenen hem niet toeliet tot de inspecteursopleiding. De Staat Suriname heeft dit niet betwist en zich gerefereerd aan de kantonrechter. Redenen voor de kantonrechter om de vordering van W. toe te wijzen. De houding van de advocaat van de staat in deze is onbegrijpelijk, zeker als het advies van de afdeling Juridische Zaken van het Korps Politie wordt ingekeken. Hieruit blijkt uitdrukkelijk dat de opleidingen c.q. trainingen van W. gekwalificeerd worden als volwaardig kort mbo. Conform de instructies van Minov is dit een afgeronde beroepsopleiding op korte termijn, welke opleiding geen doorstroom levert tot enige hbo-opleiding. Genoemde opleiding tot sportinstructeur is dus niet gelijkwaardig aan een afgeronde middelbare opleiding. En dan nog weersprak de advocaat van de staat dit niet.
De inspecteuropleiding valt onder de Politie Academie en voor de toelating moeten de cursisten de een brigadiersdiploma hebben en een middelbare schooldiploma. De brigadiers G. en W. voldoen niet aan deze eisen. “Zij hebben geen middelbare school afgemaakt”, aldus een gedupeerde. Vandaar de reacties van anderen die een betere staat van dienst hebben, een betere scholing hebben en een goede beoordeling van hun leidinggevende, maar toch niet toegelaten worden tot deze opleiding. Eerder hebben enkele onderinspecteurs een rechtszaak aanhangig gemaakt om rechtens de toelating af te dwingen, hetgeen ook door de rechter werd toegewezen. Thans overwegen de brigadiers ook een rechtszaak aanhangig te maken. “Waarom mogen vriendjes van de minister wel op de opleiding, terwijl wij met betere papieren en een vlekkeloze staat van dienst worden weggehouden”, vragen zij zich af.
Ook de docenten begrijpen het niet meer. Er was hen medegedeeld dat er op academisch niveau les moest worden gegeven, want het betreft een politieacademie. Er werd zwaar geselecteerd en alleen personen met een bachelorgraad werden toegelaten. “Nu lijkt het een ‘free for all’ te worden en gaat het niveau erg omlaag moeten om deze mensen zonder zelfs een middelbare schooldiploma les te kunnen geven”, geeft een docent te kennen.