Op uitnodiging van Governor Gillmore Hoefdraad van de Centrale Bank van Suriname hebben delegaties van zowel de Wereldbank als de Islamic Corporation for the Development of the Private Sector (ICD) (de private sector arm van de Islamic Development Bank) ons land bezocht. Respectievelijk in de perioden 24 – 28 maart en 26 – 29 maart 2014.
De delegatie van de Wereldbank stond onder leiding van Caribbean Director Ms. Sophie Sirtaine. Suriname heeft recentelijk de relatie met de Wereldbank opgepakt na een inactieve periode van bijkans 30 jaar. In 2012 is een “Interim-strategie note” goedgekeurd door de Wereldbank die dit jaar afloopt. De bedoeling is dat Suriname nu gaat voor een “lending mode”. Het doel van deze missie was om door middel van gesprekken met zowel publieke als private instanties een idee te krijgen van de ontwikkelingsprioriteitsgebieden, waarop de Wereldbank in de naaste toekomst kan inspelen. Dit bezoek is de eerste stap in de vaststelling van een leningen-enveloppe voor Suriname.
De delegatie van de ICD was op verkennend bezoek. Het ICD-team heeft in Paramaribo en Nickerie presentaties gegeven over de mogelijkheden van Suriname bij deze instelling. In Nickerie is een bezoek gebracht aan twee bedrijven. Er is goede belangstelling in dit district voor de besproken mogelijkheden. De ICD, opgericht in 1999, is een multilaterale financiële instelling en is lid van de Islamic Development Bank-groep. De belangrijkste aandeelhouder is de Islamic Development Bank, naast 51 lidstaten van de ICD en vijf publieke financiële instellingen uit lidstaten. Het mandaat van de ICD is om de economische ontwikkeling van lidstaten te ondersteunen door projecten in de private sector te financieren en de ontwikkeling van de private sector te ondersteunen. De Republiek Suriname is sinds 5 augustus 1997 lid van de Islamic Development Bank-groep.
Gelet op de expertise en ervaring van beide instituten op het gebied van ontwikkelingsprojecten enerzijds en de gunstige leenvoorwaarden anderzijds, kunnen beide instituten een enorme bijdrage kunnen leveren aan de verdere ontwikkeling van Suriname.”