Suriname lapt al langere tijd vele internationale rechtsverdragen aan zijn laars. Omdat ik coördinator ben geweest van een volkstelling weet ik dat er veel analfabeten en semianalfabeten wonen in Suriname. Over de gepleegde Decembermoorden in 1982 is het laatste woord nog niet gezegd. Het verbaast mij wel dat ondanks de vele ernstige strafbare feiten die sommige leiders van politieke partijen hebben gepleegd, er toch wel delen van de bevolking zijn die deze lieden blijven steunen. Het wordt daarom hoog tijd dat democratische landen en andere betrokken organisaties in toenemende mate de politieke situatie in Suriname aangrijpen voor serieuze steun aan de samenleving. Het is meestal arbitrair als andere mogendheden zich inlaten met interne kwesties van een democratisch geregeerd land tenzij er daar ernstige mensenrechtenschendingen plaatsvinden, en wet en recht worden geschonden. De aanname van de omstreden amnestiewet in 2012 is een punt op zich. In Suriname zijn op diverse tijdstippen amnestie verleend zoals in 1992 volgens de Amnestiewet van 1989. Ook deze amnestie dient door Internationale Strafrechtorganisaties nogmaals beoordeeld te worden in het licht van de verleende amnestie in 2012 toen president Bouterse in het buitenland was, en de wet werd bekrachtigd door vicepresident Ameerali.
Nu beweert Lackin, als minister van Buitenlandse Zaken, dat het inlijven van de Krim door Rusland door Suriname gerespecteerd moet worden, omdat de bevolking zulks met een referendum heeft bewilligd. Vele landen op de wereld kunnen dan naar analogie van de gepleegde agressie van Rusland zich bepaalde delen in de wereld toe-eigenen. Stevenen we nu werkelijk af naar een hernieuwde koloniale tijd? Tevens dringt zich bij mij de volgende vraag op: “Zou Lackin het ook hebben gerespecteerd als in 1975 de bevolking van Suriname zich middels een volksraadpleging tegen de onafhankelijkheid had uitgesproken?”. Het standpunt van onze minister van Buitenlandse Zaken is des te meer opmerkelijk, omdat de hele wereldgemeenschap georganiseerd in de Verenigde Naties de annexatie van het Oekraïense schiereiland de Krim heeft afgekeurd. Bovendien zijn er ernstige sancties opgelegd aan Rusland die nog in kracht zullen toenemen. Het is bekend dat Rusland op 15 maart 2014 in de VN-Veiligheidsraad een ingediende resolutie middels haar vetorecht heeft geblokkeerd. China onthield zich van stemming! In deze resolutie werd de annexatie en het referendum op de Krim niet-legitiem verklaard. De vraag is nu of wij in mei 2015 weer op dit soort lieden moeten gaan stemmen die ons land steeds meer in een isolement brengen en spelen met onze veiligheid omdat een inval van buitenlandse mogendheden in ons land thans niet meer is uit te sluiten.
De kwestie Tigri
Telkens als de huidige regering wordt gewezen op bepaalde zaken die met onze veiligheid en landsgrenzen te maken hebben, dan wordt direct verwezen naar het Front. Zij zouden ook niets of weinig aan die situaties hebben gedaan. Maar heeft het volk de huidige machthebbers daarvoor mandaat gegeven om te regeren? Om alsmaar te bagatelliseren en of het volk telkens zand in de ogen te strooien? Dat voorgaande regeringen vele fouten hebben begaan, is genoegzaam bekend. Nu is een partij weer bezig met een “Vision action” via de media in plaats van het volk voor te bereiden op de verkiezingen van 2015 zodat zij met een realistische verkiezingsprogramma het volk beter kunnen dienen: “Omdat heel weinig van de beleidsvoornemens van de huidige regering daadwerkelijk is uitgevoerd”. Zelfs de gepensioneerde ex-landsdienaren verkeren nog steeds in onzekerheid terwijl hen al zekerheid is toegezegd inzake het waardevast maken van de pensioenen. Zal weer een drogreden gebruikt worden om het toch niet te doen? Diezelfde mentaliteit constateren we ook wanneer het gaat om het beschermen van ons grondgebied, het verdedigen van de rechtstaat en het individu alsmede het veiligheidsvraagstuk. Deze regering durft het niet om onderhandelingen te starten om onder andere een oplossing te brengen in de grenskwestie van “Tigri”. Dat kan in goede harmonie, met respect en in alle vriendelijkheid met onze buren. Het plegen van een staatsgreep in 1980 durfde men wel aan, maar om onderhandelingen te initiëren om de betwiste gebieden te annexeren, schijnt niet te kunnen. Hierbij geniet het grensgeschil dat in het westen van ons land ligt natuurlijk prioriteit omdat onze president toch goede vriendschapsbanden onderhoudt met de president van Guyana.
Practise what you preach
Het is heel hypocriet om een uitzonderingspositie in te nemen als klein land in mondiale politieke kwesties, terwijl je zo afhankelijk bent van het buitenland. Bij haar aantreden had deze regering beloofd prioriteit te geven aan de regio en minder aan de banden met Europa. De draai richting de Krim en de “nederigheid” (knieval) voor Rusland begrijp ik daarom niet zo goed. Zouden Cuba en wellicht Venezuela op de achtergrond meespelen? Welke buitenlandse belangen wil je dan behartigen: “De belangen van je land of van communistische vriendjes?”. Het ingenomen standpunt is wazig, omdat Suriname tevens goede vriendschapsbanden heeft met China, en dit land ons financieel bijstaat met vele schenkingen. Daarom insisteer ik op een neutraal standpunt in dergelijke zaken! Wij hebben voor zover mij bekend geen enkel direct economisch belang bij de Krim en of Rusland dus het standpunt van Lackin is verwerpelijk en aanmatigend: “Ik krijg daar een vieze smaak van in de mond”. Bovendien vroeg ik mij ook af hoe iemand toch zo’n houding kan aannemen in een dergelijk actueel conflict. Je moet een behoorlijk onrealistische referentie- en interpretatiekader hebben om een dusdanige visie uit te dragen. Met name omdat je als minister van Buitenlandse Zaken in de diplomatieke wereld niet snel met een mening voor de dag moet komen. Als ik de genoten opleidingen in ogenschouw neem, ben ik allicht geneigd te stellen dat zowel onze Buza -minister als de president en de vicepresident van ons land de vereiste kennis en ontwikkeling ontbeert om hun specifieke functies met enig gezag uit te voeren. Het siert ons land niet dat dit soort lieden ons vertegenwoordigen bij besprekingen waarbij internationale verhoudingen op de agenda staan. Hoe lang tolereren wij dit curieuze beleid nog?
Robby Roeplall