In het Prijsaanduidingsbesluit van 1998 is het verboden om prijzen aan te duiden in vreemde valuta. De prijzen mogen in vreemde valuta worden aangegeven, tenzij de tegenwaarde in SRD erbij vermeld staat. Overtreding van deze regel valt onder de ‘Wet economische delicten’. Minister Raymond Sapoen van Handel en Industrie zegt dat dit probleem deze week zijn aandacht heeft. Sapoen geeft aan dat de naleving nog te wensen overlaat wat betreft dit economisch delict.
De afdeling Consumentenzaken werd geïnstalleerd om controle uit te voeren en gerichter op te treden. Bij verzekeringsmaatschappijen is het zelfs verplicht om in vreemde valuta te betalen. In de praktijk blijkt echter dat er nog een tal van winkels en autohandelaren zijn die hun prijzen aanduiden in vreemde valuta. Alleen voor de vliegmaatschappijen is er een uitzondering op de regel.
Betaling in vreemde valuta is alleen toegestaan wanneer er vrijwillig een overeenkomst bestaat of als er een vergunning wordt verleend door de Deviezencommissie. Winkeliers die zich hieraan schuldig maken, riskeren intrekking van hun vergunning, sluiting of een gevangenisstraf van maximaal 4-6 jaar.
Clifford Marica, oud-minister van Handel en Industrie, zegt dat het hem wel deels gelukt was om de winkeliers te dwingen de prijzen in SRD te plaatsen. “Het was niet 100% gelukt, maar we waren hard op weg”, zegt de oud-minister. Het verhaal dat de importeurs aangeven dat de spullen in vreemde valuta zijn gekocht, ging niet op bij Marica. ‘Anders zou iedereen dan hun prijzen in vreemde valuta moeten prijzen, want alle importproducten worden in vreemde valuta gekocht.’ Volgens Marica moet het ministerie de harde en strakke hand eraan houden om de winkeliers ertoe te brengen om de prijzen ook in SRD aan te geven.
Consuela Raalte