De NGO Caribbean Development Foundation hield het afgelopen weekend een symposium over geweld tegen vrouwen in Suriname, getiteld ‘Zij zijn onder ons’. Presentaties werden verzorgd door deskundigen op het gebied van geweld tegen vrouwen in Suriname. Enkele namen waren Carla Bakboord van het Women’s Rights Centre, Reginald Cairo van Man mit Man, Witek Hebanowski van NGO Caribbean Development Foundation en Ristie Denny, secretaris-generaal UPF Suriname. Na elke presentatie was er gelegenheid voor een vragenronde, hoewel men van deze gelegenheid gebruikmaakte om het leed wat gezien was te uiten. Sommige van de toehoorders waren zelf mishandeld of zaten nog in het systeem dat men mishandeld werd. Het thema werd met name aangevuld door de statement dat de man zijn verantwoordelijkheid moet nemen binnen het gezin. Meeste daders van geweld tegen vrouwen zijn mannen en het is dan ook niet verwonderlijk dat het regelmatig die avond naar voren kwam dat wat vader en moeder doen, datgene is wat de kinderen gaan imiteren.
Geweld tegen vrouwen wordt voornamelijk gekenmerkt door de machtsstrijd, die gevoerd wordt binnen het gezin. De man die denkt zijn machtspositie te verliezen, probeert het via geweld weer terug te vinden. Vanuit de religieuze hoek werden veel handvaten genoemd, die de gevolgen van huiselijk geweld proberen te sturen. Hoewel huiselijk geweld per wet geregeld en strafbaar is gesteld, kwam er veel leed naar boven. ‘Mannen willen niet accepteren dat vrouwen voor hun rechten opkomen.’ Zo klonk het uit de zaal. Wat daarnaast ook doorklonk, was het geluid dat de Surinaamse samenleving het geweld van mannen verfoeilijkt. De opvoedkundige houding binnen Suriname is dat jongens zich ‘flink moeten gedragen’. Daarnaast is het binnen de samenleving de bedoeling dat jongens zich via geweld horen te communiceren. Dit heeft tot gevolg dat jongens niet in staat zijn zich anders te uiten dan door te slaan. Iedereen in de zaal was het er dan ook mee eens dat vrouwen moeten leren wat hun waarde is. ‘Geweld blijft herhalen als een vrouw zichzelf niet empowered’, zei een van de vrouwen.
En zo lagen de vrouwen voor op de religieuze handvaten die door mannelijke sprekers aangeboden werden. Deze hadden namelijk betrekking op het beteugelen van het gedrag van mannen. Een van de oplossingen was het afsluiten van een contract. Door het afsluiten van zo een contract, zouden mannen afspraken met zichzelf gaan maken om bepaald gedrag niet meer te vertonen en om met ‘mannen onder elkaar’ te bespreken hoe het beste met vrouwen om te gaan. Een andere oplossing was om negatief denken, gedrag en gevoelens niet de overhand te laten krijgen. Met het ontwikkelen van vroege signalering en het ontwikkelen van emotionele intelligentie, zouden de problemen opgelost kunnen worden. Doordat de mannen er zo lichtjes over dachten en de vrouwen met zulk wrok spraken, bleef een van de betere oplossingen een ietwat gemiste kans tijdens deze middag. Het idee om een NGO op te zetten ter bevordering van de sociale impact die sociale veranderingen kan bieden, zonk niet helemaal in bij het publiek. Een NGO kan vele voordelen brengen, zoals het organiseren van awareness-activiteiten, het uitoefenen van politieke invloed en het creëren van een infrastructuur waarop andere participerende belanghebbenden kunnen werken en uitbreiden. Er werd een voorstel gedaan om binnen het Caricom een regionaal framework op te zetten, waarbij media en NGO’s kunnen samenwerken. Deze samenwerking kan resulteren in een internationaal netwerk, waarbij concrete doelen en resultaten behaald kunnen worden.