De rechtszaak die de staat aanhangig heeft gemaakt tegen de werknemersbond van PCS wordt vandaag verder behandeld. De woordvoerder van de bond, Errol Snijders, geeft in gesprek met Dagblad Suriname aan dat de bond in beraad is, omdat er structurele problemen zijn binnen de instelling. Er is vreselijk veel bezwaar op de manier waarop er leiding wordt gegeven. Snijders benadrukt dat de bond sinds vorig jaar het vertrouwen in de directie heeft opgezegd. Dat hebben zij ook met gedegen argumenten bij de rechter onderbouwd toen de staat de bond bij de vorige staking ook voor het gerecht sleepte. Toen had de rechter voorgesteld dat een onafhankelijke groep, dus niet de directie, met de bond moest gaan praten om te kijken hoe ze probleemgebieden konden aanpakken. Op grond daarvan is er een 18 plus nota opgesteld. Het toezichthoudend orgaan bij de PCS, de gesprekspartner van de bond, zou de zaken al moeten hebben opgelost. ‘We zijn 5-6 maanden verder en er komt niets van terecht’, geeft Snijders verder aan. Ook middels brieven een gesprek aanvragen, lukt niet.
‘Rechterlijke macht gebruiken om ons monddood te maken’
Volgens Snijders hebben bedrijven in Suriname de mode om de vakbonden middels de rechterlijke macht monddood te maken en ze terug te sturen naar het werk. Hij spreekt de hoop uit dat de rechter de Staat nu wel zal sommeren om het nodige te doen om de rust terug te brengen. In een nota heeft de bond middels gedegen argumenten gevraagd om vervanging van de verpleegkundig directeur. Een van de knelpunten is de keuken, die onlangs is gebouwd. Er is een nieuwe keuken gebouwd, maar het geld is niet op de juiste manier geïnvesteerd. Hiermee zegt de bondsman niet dat de mensen met het geld vandoor zijn gegaan. Er moest een keuken komen naar het model van het Academisch Ziekenhuis Paramaribo (AZP) en hiervoor moest PCS in contact treden met het AZP, wat niet is gebeurd. Verder neemt de verpleegkundig directeur, Herman Jhintie, volgens Snijders mensen aan die niet alleen als hem denken, maar ook vrienden die de ervaring en opleiding missen. ‘We worden plotseling geconfronteerd met een 55-jarige uit Nederland, die de scepter komt zwaaien op bepaalde afdelingen. Er is sprake van willekeur en chaos binnen de instelling. De bond heeft het gevoel dat het toezichthoudend orgaan niet in staat is om de knelpunten op te lossen. ‘Het duurt veels te lang.’
Waarom de minister als gesprekspartner?
Snijders geeft verder aan dat hij vorig jaar, in de maand mei, de minister had gevraagd om een gesprek. Vooral vanwege het feit dat er een dode was gevallen binnen de instelling. De minister was daarmee akkoord gegaan. Hij vroeg de minister ook om de algemeen directeur van het PCS bij dat gesprek te halen, hetgeen ook is gebeurd. Ook de directeur van Volksgezondheid was aanwezig. Hij zou de minister bij dat gesprek hebben aangegeven dat de directeur van PCS geen leiding geeft, maar zich laat leiden. Op basis daarvan zou er een vervolggesprek komen, hetgeen nooit is gebeurd. ‘De directeur kan dan niet zeggen dat ik mensen heb overgeslagen.’ Het toezichthoudend orgaan staat boven de directeur, maar de bond kan ze niet spreken. Als de rechter tot het oordeel komt dat de mensen weer aan het werk moeten, dan zal hij de rechter vragen hoe het probleem opgelost zal worden. Persoonlijk denkt hij dat de rechter de bond niet zal sommeren om het werk te hervatten. Hij spreekt de hoop uit dat de Staat gesommeerd wordt om zaken op korte termijn op te lossen.
Genaro Alpin