De van brandstichting beschuldigde Ricardo Saoed heeft door kantonrechter Robert Praag een gevangenisstraf van zeven maanden, waarvan twee voorwaardelijk, opgelegd gekregen. Saoed heeft op 16 december 2013 uit woede een driezit bankstel in de woning van zijn moeder in brand gestoken. Door kordaat optreden van zijn broer en neefje werd erger voorkomen. Volgens de veroordeelde was hij op de bewuste dag zijn moeder gaan bezoeken. Tijdens het bezoek raakte hij in een woordenwisseling met zijn neefje. Het neefje haalde een mes tevoorschijn. Saoed, die op dat moment zijn emoties niet kon beheersen, heeft uit woede het bankstel van zijn moeder in de fik gestoken. “Mi ati beng bron”, gaf hij in de rechtszaal aan. Hij zou niet de bedoeling hebben gehad om het huis van zijn moeder in brand te steken. Saoed is sinds de dood van zijn vader onder behandeling van het Psychiatrisch Centrum Suriname. Zijn moeder heeft eerder verklaard dat zij niet wist waarom haar zoon zoiets heeft gedaan. Zij beweert dat Saoed zonder reden tekeer begon te gaan en haar driezit bankstel in brand stak. Zij schakelde toen de politie in.
Kantonrechter Praag vond dat de verdachte met zijn daad een grotere brand had kunnen veroorzaken. “Je kon het huis van je moeder plat kunnen branden”, zei de magistraat. Volgens raadsvrouw Natasia San A Jong moest wel degelijk rekening gehouden worden met de psychische gesteldheid van de verdachte. Zij gaf aan dat Saoed dagelijks medicijnen moet innemen om zijn agressiebuien onder controle te houden. Openbare aanklager Claudia Bruining vond dat er geen uitsluitingsgronden aanwezig waren om het handelen van de verdachte te rechtvaardigen. De brand was volgens Bruining inderdaad gesticht en de verdachte heeft dat ook toegegeven. Zij vorderde een gevangenisstraf van tien maanden, waarvan twee voorwaardelijk.
FR