Tot enkele jaren geleden gaven veel Creolen aan dat zij nooit in de landbouw zouden gaan werken vanwege het trauma dat hun voorouders hadden opgelopen bij het tijdens de slavernij onder dwang doen aan landbouw. De verhalen werden daarbij flink opgepoetst; daarbij vaak niet gehinderd door historische kennis. Landbouw was volgens hen voor Hindoestanen, die eenmaal in Suriname, zo blij waren dat zij eindelijk een stuk grond konden bezitten, dat zij hun dag doorbrachten met planten en de producten aanboden aan ook de Creolen, die juist hun gronden met de meeste spoed hadden verlaten. Het landbouwtrauma kwam ook terug in de slogan die men ooit gebruikte om landbouwwerk weer de juiste status te geven. Kot’tjing a no shing. De Palu heeft intussen meerdere Creoolse landbouwingenieurs opgeleverd.
Delen van de Marrongemeenschap geven op bijna dezelfde manier aan dat zij tegen elke vorm van waterkracht zijn. Ze geven aan een trauma opgelopen te hebben van het onder water lopen van hun dorpen voor de aanleg van de waterkrachtcentrale te Afobaka. Op grond van dit trauma is dan elk nieuw waterkrachtproject, inclusief het Tapajayproject, bij voorbaat onbespreekbaar, omdat er dan weer een nieuw trauma zal ontstaan. De vele ware verhalen over onvolledigheden bij de sociale begeleiding van dit project hebben een negatief stempel op de destijds betrokkenen gehad, welk stempel ze vaak aan de volgende generaties hebben doorgegeven, met een ondertoon van onverzoenlijkheid. Het is echter in het belang van het hele land, dat er van de fouten destijds geleerd wordt, en dat bij geplande projecten in deze sector deze fouten niet meer gemaakt worden. Voor het Tapajayproject gelden bovendien andere uitgangspunten. Bij het huidige stuwmeer van Afobaka is er 1.560 vierkante kilometers land onder water verdwenen, bij de hoogste waterstand. Dat staat gelijk aan 156 duizend hectaren of ook 234 duizend voetbalvelden. Het gebied staat voor een groot deel permanent onder water. Bij het Tapajayproject is het echter niet de bedoeling om grote gebieden permanent onder water te zetten. Er zullen hoofdzakelijk kanalen worden gegraven in zachte stenen en tot zand en klei uiteengevallen verweerde stenen. Waar de steen wel hard is, zal die worden opgeblazen. Het doel is daarbij om het water van de Tapanahonyrivier die achter het stuwmeer passeert op weg naar de grotere Marowijnerivier , om te leiden naar het stuwmeer. Dit zal slechts gebeuren in het hart van de grote regentijd, wanneer het vele water van de Tapanahony een grote bijdrage levert aan de overstromingen door de Marowijnerivier. De beruchte overstromingen van 2005 liggen nog vers in het geheugen. De waterkrachtcentrale van Afobaka kan dit overtollige water best gebruiken, omdat het stuwmeer in de vijftig jaar van zijn bestaan nog niet eens 10 maal vol is geweest. Van de zes dynamo’s die in principe niets anders zijn dan door water aangedreven “supergrote fietsdynamo’s” werken er maar vier, omdat er vrijwel nooit genoeg water is. Met Tapajay gaan ze alle zes werken, minimaal in de maanden van de regentijd en ook kort daarvoor en erna. De kosten van elektriciteit kunnen omlaag en er kunnen meer aansluitingen worden verricht. Ook de zich in Paramaribo vestigende Marrons hoeven, wonend in hun huis aan de Sunnypointstraat nummer 13 D, niet meer stroom af te nemen van huis nummer 13 C, dat via een verlengsnoer is verbonden met huis nummer 13 B, dat via een contactdoos is verbonden met de betaler van de rekeningen huis in nummer 13 A. De brandweer zou dat zeer toejuichen, maar dat zal pas duidelijk kunnen, wanneer er snel en positief gereageerd kan worden op de aanvraag voor aansluiting van Kwassie Aboikonie uit huis nummer 13 D. Cruciaal is dus dat er voor een permanente verhoging van de stroom uit Afobaka tot 150 procent slechts een fractie van het land dat onder water moest voor die eerste 100% , nu aanvullend onder water komt. In de droge tijd gaan de kanalen richting Afobaka dicht, omdat dan de Tapanahonyrivier en de Marowijnerivier het water zelf hard nodig hebben. Ik hoop dat het opgeleide deel van de bewoners van de Marowijnerivier, en mensen met hun roots in het gebied, hun bijdrage willen leveren om het traditionele nog getraumatiseerde deel te overtuigen van het grotere nationale belang van Tapajay. De belofte van een betere sociale begeleiding voor dit project horen politici te geven en na te komen. De recente stopzetting van het Tapajayproject door de regering vond niet plaats op grond van elektrotechnische argumenten, maar op grond van electorale argumenten. De politieke organisatie Palu nam in 1980 het voortouw om dit project, dat deel uitmaakt van de langere termijn planning van het Brokopondoproject, uit de ijskast te halen. Ik hoop dat de bevolking er van uit mag gaan dat de Palu binnen de coalitie er in deze periode er op zal letten dat de ijskast zelf in takt blijft om het project te zijner tijd weer bevroren maar onbeschadigd eruit te halen, zodat Staatsolie formeel verder kan gaan. Jai Jai Sranang, Jai Jai Tapajay.
Drs. Eddy Monsels