‘Het Hof is de Aardse vertegenwoordiging van de Almachtige’
De grootheidswaanzin van onze machten neemt steeds meer exorbitante vormen aan. Zo noemde Hofpresident rechter Cynthia Valstein-Montor het gerechtshof, de Aardse vertegenwoordiger van de Almachtige. Hiermee plaats zij de rechtsprekende macht boven het volk en stelt zij de rechtspraak, inclusief zichzelf, gelijk aan God.
‘Het zou kunnen’
‘Vanuit juridisch oogpunt zou men kunnen zeggen dat het klopt’, aldus Harish Monorath, deken van de Orde van Advocaten. “Zelf heb ik die uitspraak niet gehoord, hoor, dat moet ik wel zeggen. Maar het is in feite wel zo dat de rechter het eindwoord heeft. Als we kijken naar de scheiding der machten en we kijken naar het beschermen van wet en recht, dan is de advocaat procesvertegenwoordiger van de cliënt, deze vecht voor het recht. Het is dan de officier van justitie die recht eist en het is de rechter die recht spreekt. Als men die uitspraak plaats in het kader van rechtspreken, dus het geven van recht of het bestraffen van onrecht dan zou het geloofwaardig overkomen. “
‘Overlaten aan God’
Het is de rechter die de eindbeslissing heeft in een geschil, of dat nu rechtvaardiging biedt of niet. In de praktijk zijn er nog twee dingen waar het volk zich tot kan wenden. Een daarvan is ‘eigen richting’, dat houdt in dat iemand zelf doet wat hij of zij goed vindt maar dat wordt weer afgestraft door de rechter. Het andere is dat men het overlaat aan God. “De rechterlijke macht heeft een bepaalde positie, zij is de enige die rechtspreekt in Suriname. De rechterlijke macht beslist wat recht is en wat het niet is. Het zou kunnen lijken op arrogantie maar zij hebben wel die bevoegdheid.”
‘Niemand mag dat zeggen’
Robert Bipat, voorzitter van Surinaams Islamitische Vereniging, is het niet eens met de uitspraak van de Hofpresident. “Volgens de Islamitische leer mogen mensen niet zelf bepalen wie de vertegenwoordiger is van God op Aarde, dat doet Hij zelf. Niemand kan zeggen: ‘ik ben de vertegenwoordiger van God hier op Aarde”. Ook bekeken vanuit juridisch oogpunt blijft hij bij zijn standpunt. “Zelfs dan mag men het niet zo zien. Er zijn een heleboel wetten die eigenlijk niet altijd in overeenkomst zijn met religieuze voorschriften. Als je die wetten toepast, dan betrek je de religie er toch niet bij?” Hij geeft verder ook aan dat er zoveel verschillende religiën zijn. “Daarbij zijn de hoofdlijnen hetzelfde maar er kunnen nuanceverschillen zijn en wie bepaalt dan welke religie het beste of het slechtste wordt vertegenwoordigd door zo een rechter?”
‘Ieder mens is vertegenwoordiger van God op Aarde’
Pater Karel Choennie, secretaris-generaal van het RK-Bisdom, is niet bekend met de uitspraak maar geeft aan dat de Surinaamse rechtspraak niet gebaseerd is op de Bijbel, Koran of welk ander religieus boek dan ook. “De geloofsovertuiging van een rechter mag daarnaast geen invloed hebben op de rechtspraak. Anders zouden de objectiviteit en onpartijdigheid in het geding kunnen komen. Misschien verwijst ze naar Deuteronium 1, vers 16 tot 18 waar staat dat de rechtspraak iets van God is. De context is daar evenwel dat de rechter onpartijdig is en zich door niemand mag laten intimideren. Maar in Korintiërs 6 vers 1 tot 11 staat ook dat de apostel Paulus liever niet heeft dat de Christenen bij de Romeinse rechter procederen en dat ze beter helemaal niet procederen!” Pater Choennie legt ook uit dat het niet alleen de rechter is die de vertegenwoordiger is van God op Aarde. “We zijn allemaal geschapen naar zijn beeld en gelijkenis. In het verlengde daarvan zou de Hofpresident dat kunnen zeggen maar niet op grond van haar ambt. Ze kan het zeggen op grond van haar mens zijn.”
‘Rechter spreekt recht namens de Republiek!’
Monorath stelt dat de kerk en het recht lijnrecht tegenover elkaar staan. Het enige punt waarin zij volgens hem bij elkaar komen, is het geloof. “Daarmee bedoel ik geloof in God en geloof in de rechtsstaat. Bij het geloof in het recht heb je bewijs, rechtsprekende organen en de praktijk. Bij de kerk heeft men slechts te maken met geloof en geloofsovertuiging. Plaatsen wij die uitspraak in een religieus kader dan zou dat onprettig kunnen overkomen, omdat men zou kunnen stellen dat ze zegt dat een rechter God is. Een rechter is geen God maar spreekt wel zodanig recht dat er na een besluit geen keuzemogelijkheid meer bestaat behalve dus ‘eigen richting’ of het overlaten aan God. Ik moet zeggen dat ik die uitspraak niet zou kunnen wraken maar wel als onprettig zou kunnen ervaren maar het is wel de waarheid aan de ene kant. Want..”, benadrukt Monorath, “ de rechter spreekt geen recht namens God, ze spreekt recht namens de Republiek! Onthoud dat.” Pater Choennie geeft het laatste ook aan in zijn reactie. “Een rechter in Suriname spreekt recht op grond van de macht die de Staat verleent aan de rechter”
Krishan Vinodsingh