De Frans-Guyanese verdachte Betje Marcel stond gisteren voor rechter Robert Praag, omdat hij op 21 november van het vorig jaar zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal door middel van geweldpleging. De verdachte, die gouddelver van beroep is, heeft op de aangegeven datum tezamen met een zekere Koempai als loodsman besloten 2 Chinezen, een man en een vrouw van Creoolse afkomst, met de boot te vervoeren naar Pierre Kondre. Toen zij op de Marowijnerivier aankwamen, loste Marcel een schot in de lucht met zijn vuistvuurwapen en dwong de passagiers aan om op de grond te gaan liggen en pakte hierna enkele waardevolle spullen van hen, waaronder een telefoontoestel en geldsbedragen in euro’s en US dollars en Chinese bankbiljetten. Na zijn snode daad moest de bootsman hem en zijn comparant afzetten in de buurt van Pierre Kondre. Ook de overtreding van de vuurwapenwet werd hem verweten en het hebben van scherpe patronen zonder uitdrukkelijke toestemming van de procureur-generaal.
De verdachte hield de rechter voor dat hij nooit eerder in aanraking is gekomen met justitie en dat hij de daad alleen gepleegd had omdat hij een schuld aan iemand moest betalen, een schuld die hij nog steeds niet heeft kunnen voldoen. Rechter Praag vond dat het gepleegde feit een zeer ernstige zaak is, aangezien het best wel mogelijk was dat slachtoffers door de schok in het water konden zijn gesprongen en eventueel zijn verdronken. “Er konden doden zijn gevallen”, zei rechter Praag. Officier van Justitie Claudia Bruining eiste een straf van 3 jaar en 6 maanden met aftrek van de tijd in voorarrest, maar de rechter hield toch rekening met hem voor het feit dat hij niet eerder met justitie in aanraking is gekomen. Hij werd veroordeeld tot 3 jaar en 1 maand gevangenisstraf.