De Stichting TerSuriname is van start gegaan met een pilotproject ‘Kas in Klas’. De Khargi-Vishnudattschool en de OS Zanderij doen mee aan dit pilot project.
Met het ‘Kas in Klas’ lesprogramma worden kinderen van het vierde, vijfde en zesde leerjaar op een visuele manier vertrouwd gemaakt met de moderne tuinbouw. Na het project wordt gehoopt dat meer kinderen zullen kiezen voor een agrarische studierichting en dat hierdoor de belangstelling voor met name tuinbouw vergroot wordt. Prem Binda, voorzitter van Stichting TerSuriname, zegt dat de scholen een volledig pakket met onder meer zaad, mest en thermometer ontvangen. Met deze spullen mogen de kinderen van de basisschool zelf planten. De stichting zal ook ervoor zorgen dat ze de nodige instructies krijgen. De begeleider zal steeds een groep leerkrachten de kennis bijbrengen, zodat die het op hun beurt overbrengen naar de leerlingen.
Het pilotproject wordt ondersteund door de Centrale bank van Suriname. Binda: ‘Dit is helemaal geen moeilijke taak. Het moet alleen onder begeleiding van de leerkrachten geschieden.’ Volgens Binda is de Surinaamse tuinbouw aan het vergrijzen: 90% van de boeren is boven de 55 jaar. ‘Over 10 jaar zal de sector dan doodbloeden als er geen opvolging is. In het verleden was het zo dat de kennis via de ouders werd overgedragen aan de kinderen. Nu zijn steeds minder kinderen geïnteresseerd. Stichting TerSuriname probeert daarom een groep te motiveren om in de landbouw te gaan. Nu zijn er ongeveer 3.000 stuks boeren in Suriname.’
Uit een enquêteonderzoek onder de leerlingen van de Khargi-Vishnudatt en de OS Zanderijschool blijkt dat nog geen 1% landbouwer wil worden. Dit ligt volgens Binda aan de manier hoe tuin- en landbouw wordt gepresenteerd aan de kinderen. De meeste kinderen kozen voor het beroep politieagent, leerkracht of arts. Dat zou komen omdat deze beroepen elke dag in beeld zijn. De leerlingen van de Khargi-Vishnudatt waren enthousiast bezig te planten. De kinderen gaven aan na dit project aan landbouw te zullen doen, naast hun ideale baan.
Consuela Raalte