De regering heeft een bedrag van ongeveer US 185.000 dollar vrijgemaakt en gedoneerd aan St. Lucia, één van de Caricom-landen die op 24 december getroffen is door noodweer. In een diplomatieke nota die afgelopen maandag naar St. Lucia is gestuurd, zegt het ministerie van Buitenlandse Zaken, dat de Centrale Bank van Suriname de schenking gaat afwikkelen.
Ook is aangegeven dat een zending hulpgoederen naar het getroffen eiland zal gaan. Suriname zal tien 20-voet containers met water en andere goederen sturen. Wanneer deze operatie wordt uitgevoerd, is niet bekend. Door de natuurramp hebben zes mensen het leven gelaten.
Volgens het NDP-assembleelid, tevens hoofdbestuurslid Rachied Doekhie, zou er geen vuiltje aan de lucht moeten zijn indien de Staat een getroffen mede Caricom-land in nood helpt. Echter zijn de details over deze kwestie hem vooralsnog niet bekend. ‘Het zou geen probleem moeten zijn toch, we zijn beide Caricom-landen. Het is een goed gebaar.’ Doekhie wijst er echter op dat met betrekking tot de containers het meestal zo is dat bedrijven en particulieren zelf water doneren voor het getroffen land. ‘De goederen die weggestuurd worden, worden meestal ingezameld.’
DA’91- parlementariër Winston Jessurun legt er de nadruk op dat de Surinaamse niet moet vergeten haar eigen boekhouding in orde te hebben en voorzieningen te treffen voor de tal van openstaande rekeningen. Maar als sociaal bewogen mens denkt hij dat Suriname toch een goed gebaar heeft gedaan door een land in nood in de eigen regio te helpen. ‘Wij mogen daar niet aan voorbij gaan.’ Hoewel de grootste zorg van de Staat is om de eigen burgerbevolking een helpende hand te bieden, kan het geven van ondersteuning aan een klein land dat getroffen is door een ramp, beslist geen kwaad. ‘Wanneer wij een steentje kunnen bijdragen, is het altijd goed. Want deze dingen gebeuren zo plotsklaps dat je als land er totaal ontredderd bij staat.’
Asha Gajadien-Bhagwat
