Het sociaal contract dat president Desi Bouterse heeft gesloten met het volk wordt door het VHP-assembleelid Mahinder Jogi betiteld als ‘eten, poepen en daarna doorspoelen in het toilet.’ Het contract heeft beslist geen duurzaam karakter, daar hieraan een fors bedrag van SRD 300 miljoen is gekoppeld. ‘Het sociaal contract creëert alleen maar luie mensen in het land. De mensen denken van ach, alles wordt toch al voor ons gedaan, waarom zouden we nog moeten werken.’ Als ander voorbeeld noemt hij de gratis ziektekostenverzekering. ‘Op deze manier creëer je alleen maal luilakken in het land. Indien de mensen een bepaald bedrag aan premie moesten betalen voor de ziektekostenverzekering, zouden ze wel op zoek gaan naar een baan. Integendeel moet de Staat vooral de laaggeschoolde personen equiped maken, zodat zij in staat zijn om hun eigen kost te kunnen verdienen’, zegt Jogi.
Jogi is lid van de vaste commissie Arbeid in het parlement. Hij mist een beleid waar lager kader structureel opgeleid wordt aan de hand van de behoefte op de arbeidsmarkt. ‘Wij zouden eerst moeten kijken wat de markt te bieden heeft en hierop inspelen’, zegt de politicus. Dit ontbreekt in grote mate, met als gevolg dat er buitenlandse krachten worden aangetrokken. Het aantrekken van buitenlandse arbeidskrachten is een ware business geworden waar ook grof geld aan wordt verdiend, legt de VHP-topper de nadruk op. ‘In plaats van dat wij onze eigen mensen opleiden, nemen we liever buitenlanders in dienst. We moeten niet vergeten dat ook op deze manier de njangs worden gemaakt.’
Jogi benadrukt dat behalve de opleiding van het lager kader er ook sprake moet zijn van een doorstroming, zodat deze personen ook een baan kunnen vinden later. Als tweede punt is het ook van belang dat de mensen zelf moeten willen werken. Is dit er niet, dan kunnen alle goede ideeën en perspectieven aan flarden geslagen worden. Jogi vindt dat de criminaliteit absoluut niet zal afnemen. ‘Deze zal juist een stijgende trend vertonen, gelet op de attitude van de doorsnee Surinamer en het sociaal contract dat de president heeft voorgehouden aan de burgers, waarbij ze achterover in hun luie stoel kunnen zitten, terwijl de Staat alles voor hen zal bewerkstelligen.’
Rachied Doekhie:
‘Onze mensen willen niet werken’
Collega parlementariër van de NDP, Rachied Doekhie, zegt steevast dat ‘onze mensen niet willen werken.’ Volgens Doekhie houdt het sociaal contract in dat personen in staat moeten zijn om een baan te aanvaarden. Volgens hem houdt het sociaal contract in het creëren van werkgelegenheid.
‘Ga iemand zoeken die koeien moet melken op een boerderij en daarnaast ook kool en tajerblad moet planten. Ook al geef je honderden SRD per dag voor deze job, je vindt geen mensen die dit werk willen doen’, verduidelijkte hij tegenover Dagblad Suriname. Het is de politicus opgevallen dat het merendeel van de laaggeschoolden een bepaalde status willen hebben door op kantoor te zitten achter een bureau. ‘Maar ze beseffen niet dat zij de papieren niet hebben om zulk werk te kunnen doen.’
De Filippijnen zijn aangetrokken, omdat Surinamers gewoonweg niet willen werken, zegt Doekhie steevast. Het verbaast hem ook waarom het gros van de Haïtianen aan landbouw doen en het merendeel van de Chinezen betrokken zijn bij de asfaltering van de wegen. ‘Dat is hem, voor bepaalde werkzaamheden vind je gewoon geen Surinamers. Ze zijn nergens te vinden om het werk te doen. Of wanneer ze het voor een keer gedaan hebben en uitbetaald zijn geworden, zie je ze niet meer. Het is zelfs moeilijk om een tuinman te vinden in deze tijd. Ook al geef je SRD 50 voor een dag, je vindt geen mensen die het werk van tuinman willen doen.’
Volgens Doekhie is er genoeg werk in het land. Hiervoor is beslist geen structurele opleiding nodig voor deze categorie van laag geschoolde personen. ‘Er is toch een leerplicht, jongeren horen in de schoolbanken thuis.’ Maar om snel geld te kunnen verdienen en rijk te worden, stapt een deel van de jongeren uit de schoolbanken en gaat de criminele wereld in. Dit brengt voornamelijk met zich mee dat de criminaliteit geen dalende trend vertoont, maar het gevaar ligt op de loer dat deze juist zal stijgen. ‘Onze jongens willen niet werken en zweten. Onze jongens willen in mooie auto’s en gekleed in mooie jeans en patta’s rijden in de Domineestraat en op hoeken van de straten staan.’
Asha Gajadien-Bhagwat